
Aleph van Haeren.
Get.: Seiger van Rechteren en Johan Puyst.
In de marge: "dit hefft Seyger".
Zeyger van Rechteren, mijn [= leenheer] broeder.
Get.: Frederic van Keppel en Otto van Bellynchaeve.
Zeyger van Rechteren vestigt het vruchtgebruik ten behoeve van zijn vrouw juffer Josyna van Eerp, genandt van Reichteren.
Zeyger van Rechteren, heer van Almelo en Vriezenveen, bevestigt als leenheer de door gevolmachtigden uit zijn naam overeengekomen verkoop van het leen aan Simon van Haersolte tot Swaluwenburg, waarbij o.a. wordt bepaald dat hij de havezate van de achterleenplicht van het huis Almelo zal ontslaan, zodat deze nu een direkt leen van de provincie Overijssel wordt.