
Vereend met nr. 48.
Juette van Hairst, onder hulderschap van Willem Wreden.
Get.: Lubbert Hartghers en Hage van Myllingen.
Jutte van Haerst, onder hulderschap van haar zoon Johan van Haerst.
Get.: Johan van Vorst en Roloff Schonekamp.
Johan van Haerst, na de dood van zijn moeder Jutte van Haerst.
Get.: Otto van Bellynchave die olde en Herman ter Kemenade.
Johan van den Boyseler, na opdracht door Johan van Haerst.
Get.: Otto van Bellynchave die olde en Herman ter Kemenade.
Frantz de Wendt heer tot Krassensteen en Mhollen, vertegenwoordigd door Wolter Pickart, na de dood van Johan van den Boetzeler, die het weer had verkregen door aankoop van Johan van Haerst.
Coenraet van Keteler, vrijheer zu der Asse en Schulenborch, vertegenwoordigd door Jan Beerntsen, rentmeester van de heer van der Asse.
Mechteld Sloot, weduwe van Borchardt van Oohr, vrouwe van Buckhorst en Zalk, krijgt, wegens een vordering van geleend geld en achterstallige rente op Odilia van Ketteler, vrouwe ter Assen en Schoulenborch, toestemming op het leen beslag te leggen.
Johan Vrijheer van Ketler, Monioi, Amboten en Assen, heer tot Oyen, vertegenwoordigd door Georgius van Ittersum.
Goessen van Ketteler, heer tot Havestadt en Asse, tot Woldenberghe en Mercklinckhausen, drost van Ostinckhuisen, vertegenwoordigd door Johan van Lingen, rentmeester.
Helmich van Twenhuysen, na de dood van zijn broers dr. Cornelis en Henrick van Twenhuysen, met 4/5 deel van het leen.
Aleida Wienties, na de dood van haar man Helmich van Twenhuysen, met 4/5 deel van het leen.
Aleida Wienties, weduwe Twenhuysen, met de ledige hand.
Laurens Wynties, na de dood van Aleida Wynties weduwe Twenhuysen.