Sijbrand Claassen en Marrigje Evers

[Egbert_]

Nu ik er nog wat langer over denk, het klopt nog steeds niet.
Over het nagelaten kind van Sijbrant Henricks worden Claes Claes en Cornelis Oosten momber.

Claes Claesen x Grietien Claes kan alleen maar voogd van moederskant zijn. Omdat hij niet een broer is van Sijbrant Hendriks, of getrouwd met een zus van Sijbrant Hendriks

In ORA Stad Genemuiden [-] een akte waarin ene Claes Claesz als voogd wordt genoemd over de kinderen van Berent Hendriks die met Juttien Arents was getrouwd. De andere voogd heet Jacob Egberts van den Louwen.
Bron - Genemuiden deel 2 dd 07-02-1656

Deze Claes Claesz zou dezelfde kunnen zijn als Claes Claesz de voogd over de broer van Berent Hendriks, Sijbrandt Hendriks. Maar dan moet hij een zus van Berent en Sijbrandt zijn getrouwd. Met de verdwenen Jennetien Henricks ??

Want zus Aechte Henricks was x Hermen Hessels. Hermens Hessels broer van Peter Hessels en Gertken Hessels en zoon van Hessel Jans:
- 10-03-1622: Jacob Dercks zal. Derck Cornelis s. ende Gertken Hessels Hessel Jansen d. beide woenende an die Vechte

Peter Hessels zou dan met een nicht van Aechte Henricks, Jantien Hermsen getrouwd zijn. Als je ervan uit gaat dat de vader van Aechte Henricks, Hendrik Sijbrants heet, en een broer is van Herman Sijbrants (en Jan Sijbrants x Hendrickien Hendriks)

[ria van bessen]

Misschien moet dit verder worden uitgezocht om het antwoord te vinden?

- Sijse Sijbrants x Claesjen Alberts

f459 - 29 aug 1624 - Coram Richter Cornelis van Dongen.
Keurnoten Arent Arentsen en Adriaen van Gellre.
Compareerde Klasien Alberts, nagelaten weduwe van zaliger Sijse Sijbrans, met Rijner Janssen als haar tot deze zaken "gecoren en mit rechte" toegelaten momber, voor haar zelf, "sampt" Jan Sijbrans en Reiner Janssen als ooms [ohmen] en mombers over de nagelaten kinderen van zaliger Sijse Sijbrans voorschreven.
Zij verklaarden aldaar in dit Gericht voor hun en hun erfgenamen in een steden vaste erfkoop erfelijk en "vmmermeer" te hebben verkocht, getransporteerd en overgedragen, gelijk de comparanten doen zulks in en vermits dezen, voor een somma van penningen, ten genoegen voldaan en betaald, [aan] Herman Sijnbrants, zijn huisvrouw Trijne Janssen en hun erfgenamen een gerecht vijfde part van 1 1/2 morgen land in Mastebroeck aan de Hasseler Stege, met de hoftstee [hoffstee], waar hij koper zelf thans op woont, ten westen en ten noorden de erfgenamen van zaliger Albert van Ittersum, in zijn leven Drost te Linghen, oostwaarts Tijman ter Linden, [en] zuidwaarts Berent Reiners te Zwoll. Komnervrij en onbezwaard van alle uitgaande renten en thinsen, en dat met de raad en onraad daar toe behorende.

IJsselmuiden Fol. 130v dd 04-05-1612
Voor schout Arent Joncker verscheen Peter Lambert, mede optredende voor zijn vrouw Merrichien Lamberts, verder Syse Sybrantz, mede optredende voor zijn vrouw Claesgen Alberts, Reiner Janssoen, mede optredende voor zijn vrouw Lysken Lubberts, en Claes Sybrantsoen, mede optredende voor zijn vrouw Machtelt Arents. Zij droegen over aan Peter Peterssoen en zijn vrouw Matte Jacobdr. hun aandelen te weten 2 halve morgen en een kwart morgen, van de nalatenschap van wijlen hun moeder, te weten hun aandelen van zes morgen land in Mastenbroek aan de Bisschopswetering, strekkende van die wetering tot aan het land van het Heilige-Geestgasthuis te Zwolle, tussen Claes Arent aan de noordzijde en Henrick Harmssoen aan de zuidzijde. Het land is vrij van opliggende lasten.
In de tekst staat (dat hun vader evenveel behoudt als dat wat zijn kinderen hebben verkocht)[doorgehaald]. Ook staat er (dat de eerste drievierde delen toebehoren aan Henrick Albert[s] en zijn vrouw Velyke)[doorgehaald]
Keurnoten en datum als voren


- Claes Sijbrantsen x 1) Machtelt Arents x 2) Grietien Claes - de laatste hertr. Claas Claasens uit Genemuiden

f437 - 1 mei 1624 - Coram Richter "Substituijt" Adriaen van Gellre.
Keurnoten Willem Petersen en Egbert Jan Clasen.
Compareerden Cornelis Jansen, Claes Sibrans, Claes Jansen, Peter Jansen, alle voor hun zelf, caverende voor hun respectievelijke huisvrouwen, en Berent Henrix, "sampt" Jentien, nagelaten dochter van zaliger Jan Sijmensen en zijn huisvrouw [niet genoemd]. Zij verklaarden voor hun en hun erfgenamen in een "stedes vastes erffcoop" erfelijk en "vmmermeer" verkocht, getransporteerd en overgedragen te hebben, gelijk de comparanten doen zulks in en vermits dezen, voor een somma van penningen ten genoegen voldaan en betaald, [aan] Jan Heijno, zijn huisvrouw Gerrijtgen Egberts en hun erfgenamen ene morgen land en 20 voet "onuerschifft ende onuerscheiden" in 3 morgen, tussen de Olde en [doorgestreept: Nije] Bisschops Weteringe achter het huis van de koper, oostwaarts het Kinderhuis] te Zwol, noordwaarts Gesiens Lant, zuid- en westwaarts het het Brunneper klooster zijn land. En dat met de raad en onraad, kommervrij van alle uitgaande renten> Zij beloofden hetzelve te wachten en te waren volgens Landrecht. Zonder argelist.
- Van Gellre zal mede zegelen.


f34 - 14 mrt 1640 - Richter Henrick Ter Cuijlen.
Keurnoten Derck Roeloffs, luitenant, en Otto Henricksen.
In het Gericht is verschenen Claes Claessen, wonende tot Gennemuijden, en zijn huisvrouw Grietien Claes, met haar man en momber.
Verder Jan Sijbrants en Berent Hendrickss als ooms en aangehuwde mombers van zaliger Claes Sijbrantsen [zijn] voor- en nakinderen, bij Machtelt Arents en bij voorschreven Grietien Claes geprocreerd.
En zij comparanten verklaarden voor hun en hun erfgenamen in een stede vaste erfkoop erfelijk en eeuwig te hebben verkocht, gecedeerd en getransporteerd voor een somma van penningen hun comparanten ten genoegen voldaan en betaald, gelijk zij verkochten, cedeerden en transporteerden mitsdezen, aan Pieter Jansen en zijn huisvrouw Trijne Arents, wonende aan de Veenerijte [Veene rijte], en hun erfgenamen zekere 2 morgen land, maar zonder mate, gelegen in Marcelis Slach, in Claes Colcks Erve in Mastenbroeck, waaraan ten oosten de koper zelf, ten zuiden de Rijckstege, ten westen Egbert Jan Claessen [zijn] erfgenamen, en noordwaarts de Zeedijck gelegen zijn, en mede een klein stukje afgegraven land achter aan de watermolen [waeter meule] aldaar gelegen, en dat met [de] raad en onraad daar toe behorende, en met het bezwaar van een rente van 2 Caroli gulden jaarlijks, zoals de stad van Campen jaarlijks daar uit heeft, die de koper tot laste neemt. Zijnde andere een vrij eigenlijk goed, en vrij van alle verdere uitgaande renten en thinsen. Belovende "d' selve" te wachten en te waren voor alle evictie en opspraak als volgens Landrecht. Zonder argelist.
- Lucas Vriesen zal voor de comparanten zegelen en tekenen.

Volgens stift Essen heeft Claas Sijbrants een zoon Arent, geen erfuitingen gevonden.
Zit dat soms in Genemuiden?

[Egbert_]

f459 - 29 aug 1624 [-] Klasien Alberts, nagelaten weduwe van zaliger Sijse Sijbrans, met Rijner Janssen als haar tot deze zaken "gecoren en mit rechte" toegelaten momber, voor haar zelf, "sampt" Jan Sijbrans en Reiner Janssen als ooms [ohmen] en mombers over de nagelaten kinderen van zaliger Sijse Sijbrans voorschreven.

Dit lijkt me tamelijk duidelijk. De erfgenamem van Sijse Sijbrans verkopen. Zijn nagelaten weduwe en de voogden namens de nagelaten kinderen.
Jan Sijbrans zal voogd zijn van vaderszijde, Reiner Janssen van moederszijde. Aangehuwde oom of halve oom.

[Egbert_]

IJsselmuiden Fol. 130v dd 04-05-1612
[-] Peter Lambert, [-] zijn vrouw Merrichien Lamberts, Syse Sybrantz, [-] zijn vrouw Claesgen Alberts [-], Reiner Janssoen, zijn vrouw Lysken Lubberts, Claes Sybrantsoen, zijn vrouw Machtelt Arents.
[-] de nalatenschap van wijlen hun moeder

Als ik het goed gelezen heb zijn dit de vier zoons/dochters met de vier schoonzoons/schoondochter van de overleden moeder nn.

Als deze Reiner Janssoen de voogd is uit voorgaande akte, dan is hij of halfbroer van Claesgen Alberts, of zijn vrouw Lysken Lubberts is de halfzus van Claesgen Alberts. Maar dat gaat niet op als de overleden moeder de moeder is van de beide Sybrantsonen.

Claesgen Alberts zou nog een zus kunnen zijn van Henrick Alberts (x Velyke).

Deze puzzel is zonder extra gegevens niet op te lossen. Nog wel gezocht in Kampen notarieel, maar niets kunnen vinden. Behalve een Reiner Jansen die burgemeester was is Kampen.

[Egbert_]

f437 - 1 mei 1624
[-] Cornelis Jansen, Claes Sibrans, Claes Jansen, Peter Jansen, [-] Berent Henrix, "sampt" Jentien, nagelaten dochter van zaliger Jan Sijmensen

- Claes Sibrans x Machtelt Arents (niet bekend of zij in 1624 nog leefde)
- Peter Jansen x Trijne Arentsen
- Berent Henrix x Jutte Arens

Cornelis Jansen, Claes Jansen en de overleden Jan Sijmensen kan ik niet plaatsen. Dus geen namen van echtgenotes.

[ria van bessen]

Tja, de koek raakt op. Er zullen altijd vragen blijven, antwoorden niet te vinden om de reden dat het niet- of is opgeschreven- of niet is bewaard.
Maar het was een zoektocht met mooie resulaten. Zeker gezien de vraag aan het begin.

[Egbert_]

Mee eens, een mooie zoektocht met veel resultaat. Ook al zijn er nog losse eindjes en vraagtekens.

Ter afsluiting nog tweed aktes. Betreft Evert Sijbrands zoon van Sijbrand Claassen en Marrigje Everts:

f64 - 2 mei 1792 - Gesurrogeerde Richter burgemr. W.H. Wicherlink.
Keurnoten camr. R. van Sonsbeeck en secret. R. Eekhout.
Verschenen is de HoogWelGeboren Heer Frederik Jan Willem Robert van Hekeren tot Overlaar, Raad in het Hof van het Vorstendom Gelre en de Graafschap Zutphen [den Hove des Furstendoms Gelre en Graefschap Zutphen], mede gekwalificeerd door zijn ehegemalinne Vrouw Sophia Geertruid Florentina van Rechteren (bij akte van kwalificatie gepasseerd te Arnhem voor het Hof [den Hove] van Gelderland). Hij verklaarde om een welbetaalde somma van penningen bij dezen te cederen en in volledig eigendom over te dragen aan Evert Sibrands en Annigjen Wichers, eheluiden, en hun erfgenamen een erve en goed gelegen in Mastenbroek aan de Vosjes Steege naast het erve Wolfshagen aan de Hasselerdijk onder dit kerspel van Zwolle, groot ongeveer 29 morgen, met het daarop staande huis en verder getimmerte, dat door de kopers zelf wordt bewoond, en zulks met het recht en de gerechtigheid, raad en onraad daar toe en aan behorende.
- Fredrik Ram, gerichtschrijver, zal op uitdrukkelijk verzoek van de Heer comparant dit voor deze tekenen en zegelen.

f65 - 2 mei 1792 - Gesurrogeerde Richter burgemr. W.H. Wicherlink.
Keurnoten camr. R. van Sonsbeeck en secret. R. Eekhout.
Verschenen is de HoogWelGeboren Heer Frederik Jan Willem Robert van Hekeren tot Overlaar, Raad in het Hof van het Vorstendom Gelre en de Graafschap Zutphen [den Hove des Furstendoms Gelre en Graefschap Zutphen], mede gekwalificeerd door zijn ehegemalinne Vrouw Sophia Geertruid Florentina van Rechteren (bij akte van kwalificatie gepasseerd te Arnhem voor het Hof [den Hove] van Gelderland). Hij verklaarde om een welbetaalde somma van penningen bij dezen te cederen en in volledig eigendom over te dragen aan de weduwe van Jan Arends een erve en goed naast het erve van Claes Sijbrands in Mastenbroek aan de Vosjes Steege aan de Hasselerdijk onder dit kerspel van Zwolle gelegen, schietende aan de Nieuwe Weteringe, groot ongeveer 17 morgen, met het huis en de opstaande getimmertes, dat door de koopster [koperse] zelf wordt bewoond, en zulks met het recht en de gerechtigheid, raad en onraad daar toe en aan behorende.
- Fredrik Ram, gerichtschrijver, zal op uitdrukkelijk verzoek van de Heer comparant dit voor deze tekenen en zegelen.

Uit Havezaten in Salland van Gevers en Mensema, betreffende Wolfshagen:

Sophia Geertruid Florentina van Rechteren bracht dit goed mee als bruidsgift bij haar huwelijk in 1770 met Frederik Jan Willem Robert van Heeckeren tot Overlaer. ... In 1792 verkochten zij Wolfshagen. Het goed bleek toen te bestaan uit drie erven. Van het erve de havezate Wolfshagen werd koper de meier Hendrik Roelofs van Regteren. De andere twee erven werden gekocht door Evert Sybrands en de weduwe van Jan Arends.

In 1601 werden de goederen van Albert van Ittersum gebruikt door Harmen Sybrands en Hendrik Arends

Zwollerkerspel invnr 603 f459 - 29 aug 1624 [-] Herman Sijnbrants, zijn huisvrouw Trijne Janssen en hun erfgenamen een gerecht vijfde part van 1 1/2 morgen land in Mastebroeck aan de Hasseler Stege, met de hoftstee [hoffstee], waar hij koper zelf thans op woont, ten westen en ten noorden de erfgenamen van zaliger Albert van Ittersum, in zijn leven Drost te Linghen

Ik had me al eens afgevraagd of koper Evert Sijbrands mogelijk een binding had met Wolfshagen, vanuit het verleden. En dat is nu dus bewezen. Al was het niet een voorouder, maar een oud-oudoom, Harmen Sybrands die twee eeuwen ervoor de goederen van Wolfshagen gebruikte.

Het erf dat Evert Sijbrands kocht, volgens Register van inwoners 1806:
Nieuwe Wetering Noordeinde nr. 40
Eigenaren: Erven van E. Sijbrand, daarna Sijbrand Evers, daarna Arie Kroes

Naast een stuk voorouder geschiedenis, ook een stuk geschiedenis van de boerenerven en hun bewoners in Mastenbroek.

[ria van bessen]

Ik heb nog een akte, en [volgens mij] is deze ook niet bekend?

Is hij dezelfde als diegene die met Albertje Hillebrants getrouwd was?

f548 - 25 mrt 1626 - Richter Cornelis van Dongen.
Keurnoten Ambrosius Lorne en Henrick Claesen.
Verschenen is Derck Derckz Bronneper, als man en momber van zijn huisvrouw Anna Janss, present zijnde met Meuwes Rotgerss, caverende voor [doorgestreept: sijn] "haere" huisvr. en erfgenamen, "sampt" Willem Wolters, zijnde zwagers [swaegers]. Zij verklaarden tesamen, elk voor hun en hun erfgenamen en nakomelingen in een steden vaste erfkoop (: om een somma van penningen de laatste met de eerste ontvangen ) te hebben verkocht aan Dirrickin Albertss en hun erfgenamen, weduwe van zaliger Claes Derckx, de gerechte helft van "thiende halue" [= 9 1/2] morgen land gelegen in Mastebroeck in [het] Marcelis Slach, genaamd Jacob Arians Landt [doorgestreept was: Slach], westwaarts S. Catharina Vicarie binnen Gennemuiden, noordwaarts Beerte ter Kuilen, strekkende aan dat erve, en aan dat zuid[waarts] en aan Ditmaers erfgenamen van Westerwolde, alles met de raad en onraad, oude en nieuwe recht en gerechtigheid, behorende tot deze voorschreven 9 1/2 morgen land, zoals die in hun voorschreven bepaling(en) in Mastebroeck gelegen mogen zijn, "niets uitbescheijden", breder volgens de inhoud, waarvan deze transfix "doorgesteken" is. En de verkopers in hun kwaliteit gingen de gerechte helft van de voorschreven 9 1/2 morgen land aan handen van de voorschreven kopers en hun erfgenamen voor hun en hun erfgenamen voor mij Scholtis "alsoe" met hand en mond met "aller oplaetinge vertichenisse op" aan de voorschreven kopers tot eeuwig en erfelijk eigendom van dezen. En beloven de verkopers deze voorschreven landerijen volgens Landrecht te willen wachten en waren, c. [= etc.]. Alles zonder arg of list.
Actum ut supra.
- Op verzoek van de verkopers zal Jan Martins Steenkerck mede zegelen.

[ria van bessen]

bericht 2

Nog één

Zwolle Getuigenverklaringen f297-f298 dd.24-06-1615
Is erschenen Mr. Marten Jans en dat uit naam en vanwege z. Vrouw Wendelinghes erfgen., exhiberende en overgevende zekere vraagstukken, met begeren Geertien Backers nu huisvrouw van Thonnis Swaerten om getuigenis der waarheid te geven geciteerd zijnde, daarop af te horen, luidende als volgt: 1. Of haar zal: man Wicher Dercksen niet mede van Stercken geslachte te Hasselt is geweest. Op het eerste vraagstuk zegt getuiginne dat haar z: man Wijcher Dircksen van Starcken geslachte van Hasselt is geweest. 2. Of hij niet met de Starcken en Pellen nu Arent Floris een stuk land hebben liggen met Dirck Bronnip tegenover Johan Gerritz en Hessell Jansens huizen, strekkende hen aant diep ofte Ae opwaarts an de dijk nu genaamd die Groene Maete. Op het 2e vraagstuk zegt dit waar te wezen. 3. Of niet Pellen nu Arent Floris en haar z: man niet steeds uit het land jaarlijks betaald hebben aan z: frouw Wendelinghes tevoren en nu aan haar erfgen. 5 glgl. des jaars. Op het 3e vraagstuk verklaarde getuiginne dat zij haar quota als een derdendeel van de voorbenoemde 5 glgl. hebbe zelf betaald, en ook dikwijls van haar z: moeder gehoord te hebben dat Arent Floris zijn quota van de 5 glgl. mede aan z: vrouw Wendelinghes en haar erfgen. hadde betaald. 4. Of zij met haar man haar quota van het land daaraf niet verkocht hebben. Het 4e vraagstuk zegt zij waar te wezen, en dat zij en haar man haar quota van het land hebben verkocht. Sluitende hiermee haar getuigenis.
Borg. Johan van Tongheren Camener.