Testament/boedelscheiding gezocht

[ria van bessen]

Als Albert Assiens de zoon is van Assien Egberts dan zou hij nog recht hebben op een erfportie, die dan ook hier vermeld zou moeten zijn. Daar lees ik niets over. Geldt ook voor de kinderen van zijn zwager, omdat hij voogd was zou hij het beheer kunnen hebben gehad over hun erfenis. Dat wordt even aangetipt maar ik word daar niet wijzer van. Mogelijk is er nog voor de resterend schuld, want het bezit dekt niet de schulden, nadien nog panding gedaan op het bezit van Albert [en mogelijk ook Lambert jans en Willem Assies]. Dat zou je dan nog moeten vinden.

[Janny Lalkens]

Ik ben nog niet goed weer ingelezen. Had de eventuele zoon Albert Assies van 't Blik een vrouw en kinderen? Voor zover ik weet niet. Albert werd in maart 1694 begraven en Assien Egberts in oktober 1694. Dan erft Albert toch niet meer in oktober?

[ria van bessen]

Volgens mijn aantekeningen

Bergklooster begraven
boek 812/5 Assijn op het blicke vrouw – 11 st. okt 1693
boek 812/7 Assijn vant blick – 13 st. okt 1694

Bergklooster begraven
boek 812/6 Albert Assijns op het blick – 11 st. mrt 1694

Aelbert Assis jm Zwolle 29-09/14-10-1690 Geertin Jans jd
- uit dit huwelijk
Jan 24-11-1691
Stijntje 7-3-1693


Zwollerkerspel f107 - 17 nov 1694 - Richter Herman Meuwsen.
Keurnoten Nicolaas Buis en Bernard van Rijssen, Doctoren.
In het Gericht is verschenen Geertjen Jans, weduwe van zaliger Albert Assijs te Haarst, in dezen geassisteerd met Doctor Gerrijt Holt. Zij heeft over haar twee onmondige kinderen (Jan en Stijntjen), in echte geprocreerd bij haar zaliger eheman bovengenoemd, tot mombers verzocht Willem Jans, de kinderen hun oudoom, en Lambert Jans, deze hun aangehuwde oom van moeders zijde [m.z. VADERS zijde?]. Zij zijn daarop door het Gericht verhoord en zij hebben deze momberschap aangenomen en beloofd als goede mombers waar te nemen. Waarna zij comparante aan haar voornoemde twee kinderen erfuiting heeft gedaan en aan dezen voor hun zaliger vaders goed heeft bewezen een somma van 60 gulden onder hun beiden, en elk een stuk hemddoek van 15 ellen lang en bovendien aan de zoon een driejarig beest, en aan de dochter een bed met zijn toebehoren. Zullende dit bij versterf van één van beiden "alle" vererven op het andere.


staat tussen 2 aktes van 26 november 1694
ondertrouw 3 november 1694
huwelijk 11-02-1694 [!]
Jan Janssen j.m. en Geertien Jansen wed:
Get. de bruijdegoms oom
Sij moet erfuijtinge doen, 'twelk is vertoond

en als deze hierbij hoort - zelfde patroniem - ook een Stijntje - én Haerst

Eghbertien Assies jd w. te Haerst 13-4-1678/30-04-1678 Lambert Jans jm w. te Haerst
uit dit huwelijk
Egbertjen Assies en Lambert Jansen – Jan 29-5-1679
Egbertjen Asjes en Lambert Jansen – Willemtjen 1-10-1682
dochter - Merrighie 19-2-1684
Egbertje Asjes x Lambert Jansen – Gerrit 7-12-1686
Egbertie Assies x Lambert Jansen – Stijntie 27-12-1687
hiaat
Egbertjen Assies x Lambertt Jansen – Assijn 01-03-1696
Egbertje Assjes x Lambert Jansz – Assje 25-6-1697

samen met Willem Assies - heeft ook een Stijntje - komt ook van Haerst

Dan zijn er genoeg erfgenamen - erfgenamen die áls er geld/bezit is, dat erven - en als er geen geld is - dan de schuld erven.
Dat is nu nog zo, tenzij je benificiair aanvaart

Dus moet er genoeg te vinden zijn om dit gezin aan elkaar te breien, áls ze bij Assies Egberts horen.

[Janny Lalkens]

Bedankt, Ria. Helemaal duidelijk. Albert Assies had een vrouw en 2 kinderen.

Willem Hendriks en Jennigje Jans lijken me personeelsleden in de akte van 14 sept. 1695. Zij hebben nog loon tegoed van een werkgever die in okt. 1694 is begraven.

Het Blik/De Blikken bestaat uit 2 boerderijen. Vanuit 't Blik is ruim een half jaar voor de begrafenis van Assien Egberts ook al Albert Assies begraven.

Albert Assies kan zijn:

1. Een zoon van Assien Egberts. Dit is het meest waarschijnlijke.

2. Een eventuele 2e knecht van Assien Egberts en dan is er geen vordering van achterstallig loon meer van de weduwe na de dood van Assien Egberts. Er is al afgerekend voor de dood van Assien Egberts of kort daarna, want haar eventuele tegoed wordt niet genoemd bij die vordering van Jennigje Jans en Willem Hendriks.

3. Of Albert Assies was afkomstig van die andere boerderij op 't Blik. Kan daar personeel zijn geweest, maar of personeel in begraafboek 812 van Bergklooster altijd bij name werd genoemd in 1694? Het is dan in die periode al een geluk als je de naam van de hoofdbewoners ziet staan!

Mogelijkheid 1 is het meest waarschijnlijk. Ook doordat er niet altijd een naam werd genoteerd in Bergklooster boek 812. Het was een kasboek, geen registratie van burgerlijke stand. Was er voor betaald? Moest er voor betaald worden? In deze periode betaalde nog iedereen. Dat waren de vragen die er in boek 812 toe deden. Daarom was een notitie als "een vrouw uit Haerst" al wel voldoende. Als het bedrag dat betaald was maar kon worden ingeboekt. Daarom acht ik de kans groot dat Albert Assies een boerenzoon was, zoon van Assien Egberts. Want hij werd bij name genoemd in boek 812. Zelfs nog met de plaats waar hij had gewoond.

[ria van bessen]

Het verhaal is met de laatste akte nog niet uit. Dit heeft heus wel een staartje gekregen - die Bernikhuisen krijgt ruim 48 guldens niet, en al die anderen die daarna genoemd worden krijgen helemaal niets. Zij moeten deze schuld bevestigen middels een eed.
Je mag ervan uitgaan dat zij de eventuele erfgenamen van Assien Egberts heus wel zullen aanpanden voor deze schulden.

En zou de onderstaande akte [die ik hier eerder plaatste] daarom een bewijs kunnen zijn dat Albert Assiens inderdaad de zoon is van Assijn Egberts.

Tenzij er aktes zijn waaruit blijkt dat Albert Assiens pachtschuld heeft, waarvoor dus Jan Berent Schallenberg aanpanding doet.

ZK CZ invnr 691
f303 - 12 aug 1700 - Eodem relateerde Derck ten Hope, hiertoe geauthoriseerd zijnde, dat hij uit naam van Jan Berent Schallenbergh arrest en beslag had uit kracht van gerichtelijk verkregen verwin onder Claes Peters, Albert Maet, Jan Jansen op 't Blick, Peter Roelofs en Ferdinant Apollus, tesamen meijers van de Heer Berninckhuisen toe den Ordel, en zulks op al hun verschenen en nog te verschijnen pachten, om deze aan niemand anders als aan hem Jan Berent Schallenbergh uit te tellen, teneinde om daaraan kost- en schadeloos te kunnen verhalen zodanig verwin, als hij op 23 maart 1700 tegen de Heer van den Ordel heeft geobtineerd.

Verder worden pachters vaak aangepand met achterliggend verzoek dat zij de pachten niet betalen aan hun landheer, maar aan de schuldeiser. Een poging om toch geld te krijgen omdat de hoge heren wel rijk waren maar ook veel schulden hadden die niet betaald werden.

[ria van bessen]

Het verhaal is met de laatste akte nog niet uit. Dit heeft heus wel een staartje gekregen - die Bernikhuisen krijgt ruim 48 guldens niet, en al die anderen die daarna genoemd worden krijgen helemaal niets. Zij moeten deze schuldeis bevestigen middels een eed.
Je mag ervan uitgaan dat zij de eventuele erfgenamen van Assien Egberts heus wel zullen aanpanden voor deze schulden.

En zou de onderstaande akte [die ik hier eerder plaatste] daarom een bewijs kunnen zijn dat Albert Assiens inderdaad de zoon is van Assijn Egberts.

Tenzij er aktes zijn waaruit blijkt dat Albert Assiens pachtschuld heeft, waarvoor dus Jan Berent Schallenberg aanpanding doet.

ZK CZ invnr 691
f303 - 12 aug 1700 - Eodem relateerde Derck ten Hope, hiertoe geauthoriseerd zijnde, dat hij uit naam van Jan Berent Schallenbergh arrest en beslag had uit kracht van gerichtelijk verkregen verwin onder Claes Peters, Albert Maet, Jan Jansen op 't Blick, Peter Roelofs en Ferdinant Apollus, tesamen meijers van de Heer Berninckhuisen toe den Ordel, en zulks op al hun verschenen en nog te verschijnen pachten, om deze aan niemand anders als aan hem Jan Berent Schallenbergh uit te tellen, teneinde om daaraan kost- en schadeloos te kunnen verhalen zodanig verwin, als hij op 23 maart 1700 tegen de Heer van den Ordel heeft geobtineerd.

Verder worden pachters vaak aangepand met achterliggend verzoek dat zij de pachten niet betalen aan hun landheer, maar aan de schuldeiser. Een poging om toch geld te krijgen omdat de hoge heren wel rijk waren maar ook veel schulden hadden die niet betaald werden.

[Herman van der Bent]

Ik hoop dat we er nog wat gaan vinden. Ik heb de contentieuze zaken vanaf die akte van 04-09-1695 doorgekeken tot 28-11-1696. De meest interessante aktes die ik vond zijn deze:

ZK CZ 688 f334 04-01-1696 https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... cat=451963
De zigh aangegeven hebbende crediteuren van de boedel van Jan Jansen Witte, hebben tegens de uitblijvende eshouden verstek van purge gecontumaci ten principele zullende indien het nodigh is het dispuut voor de preferentie een dagh werden gestelt, anderszins de zake op de overgegeven stukken getermineert worden.

ZK CZ 689 f178 1696-11-14 https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... cat=451963
Anno 1696 den 14 november relateerde Gerrit ten Hope dat hij uit name van doctor golds als lasthebbende van de heere capitein bennickhuisen, heer tot den ordel aan Peter Roelofs, Claas Peters, Albert Maet, en Jan Jansen te Haarst meijeren van de heer van den ordel, voorst hadden aangezeght dat gene van hun, enigh gelt wegens pagt of andersijs zou hebben te betalen aan des zelfs ehevrouw, nogh te ook enigh kost ..haar onde kouwen, of te gedogen dat zij des selve liet kouwen, schoon hier we waar hem een volmaght, moghte werden vert. alsen hij deselve hadde koerrepen ende hier bij dezen, kouten de deselve voor nul van geen de minste hegt te zijn.

689 f186 1696-11-28 https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... cat=451963
Pachters van van Haerstolte moeten pagt rechtstreeks betalen. o.a. willem Assies. [Deze akte is in het verleden al op het forum geplaatst].

Ik denk dat Jan Jansen Witte degene is die op het blik woont. "Witte" staat vaker bij hem getuige aktes die Ria eerder plaatste. Ik vind echter de naam Assijn Egberts niet meer terug. Ik heb de aktes van deze periode globaal lezend doorgenomen, dus ergens ben ik dan altijd bang dat ik toch wat gemist heb, maar tot zover heb ik geen aanvullend bewijs gevonden. In november 1696 kwam ik een akte tegen waarin de pagters rondom de ordel worden genoemd en daarna de akte waarin Willem Assies wordt genoemd die al eerder op het forum is geplaatst. Is er toevallig van de periode daarna een transcriptie? Anders kan ik ook na 1696 nog verder lezen om te kijken of die situatie rondom de schuld van Assien Egberts nog terugkomt. Het is wel tijdrovend en ik heb de komende tijd even wat minder tijd, dus het blijft een beetje een clifhanger..

[Janny Lalkens]

Ik achtte de kans dat Albert Assies, wonend op 't Blik een knecht kon zijn al niet zo groot, want dan zou hij daar ergens met zijn gezin hebben gewoond op het erf van 1 van die beide boerderijen en bovendien:

1. zijn beide kinderen hebben f 60,- te verdelen na zijn dood en stukken stof ( best wel een leuke erfenis)
2. de dochter krijgt ook nog een bed met toebehoren en dat was ook nogal geld waard.
3. de zoon krijgt een jong paard. Dat krijgt de zoon van een knecht toch niet als zijn vader sterft?
4. De 2e man ( Jan Jansen Witte) van Geertien Jansen, weduwe van Assien Egberts, is meijer van de Heer van den Ordel op 14-11-1696. Volgens de akte die nu net hiervoor is geplaatst. Klinkt toch alsof hij de huur van de overleden Assien Egberts heeft overgenomen. Ingetrouwd bij de schoondochter van wijlen Assien Egberts, de schoondochter die zelf inmiddels in 1694 weduwe was geworden, zo klinkt het.

[ria van bessen]

Ik heb de aktes t/m f8 gecontroleerd en daar zat niets in wat vergeten is.
Morgen lees ik rustig verder.

Er zou een akte moeten zijn waar alle crediteuren en belanghebbenden in worden genoemd - daarna is er vaak nog een periode - dus na de bekendmaking waarin evt belanghebbenden zich alsnog kunnen melden en dan wordt overgegaan naar de daadwerkelijke executie of verdeling

Wat Willem Jansen de oudoom betreft - ik broed nog.

[ria van bessen]

Hiervoor een bericht geplaatst wat al eerder door Hermen was uitgezocht. Dat bericht heb ik weggehaald.
Maar daardoor stuitte ik wel op iets anders, wat over het hoofd is gezien.
Namelijk de voogd Hendrik Assies als oom over de kinderen van Assien Willems bij zijn 3e hertrouw.

Assien Willems heeft zelf ook een zoon Hendrik Assies maar die woonde in Schelle en is overleden voor de datum voogdijakte volgens de contentieuse zaken Zwollerkerspel.
Bij de executie van de goederen van Assien Willems worden ook diverse crediteuren genoemd maar ook de zoon Hendrik en dochter Aaltje die recht hebben op een erfdeel. Later is er nog een proces tussen de weduwe van Assien Willems en de weduwe van Hendrik Assiens uit Schelle.

Asjen Willems wedr. te Spoolde en Geesjen Janss 03-06/26-07-1673 Zwolle NG

[In de kantlijn staat voor de volgende akte:] s
f27 - Eod. [26 juli 1673] - Richter Emanuel van Twenhuijsen.
Keurnoten Jochem Rotgers en Lambert Jans.
In het Gericht is verschenen Asjen Willems te Spoolde. Hij heeft tot mombers over zijn vijf kinderen (Grietjen, Elisabet, Willemtjen, Gerrichjen en Werner Asjes), bij zijn zaliger huisvrouw Henrickjen Warners geprocreerd en nagehouden, verzocht en gesteld Hendrick Asjes, oom van de kinderen van de vaders zijde en Isaac Abrahams [-] wegens de moeders zijde. Die daarop door het Gericht verhoord zijnde, deze momberschap hebben aangenomen en beloofd na behoren waar te nemen.
En heeft de voorschreven erfuiter ter presentie van mombers aan zijn voorschreven vijf kinderen erfuiting gedaan, en aan dezen voor het moeders goed bewezen aan elke dochter een bed met zijn toebehoor, en aan de zoon een tweejarig paars of 40 daalder in de plaats. Bo¬vendien bewijst de erfuiter nog aan zijn voorschreven vijf kinderen hetgeen van de bestemoeder [= grootmoeder] Geesjen Geert van Dalfsen is heergekomen, als namelijk haar [haer] gedeelte in een kamp land met de kooi [de koije] genaamd Meuwes Belt [Meuwsebelt], met zijn behuizing daarop staande, in het Lijrbroeck gelegen. Item aan de dochters de kleren van de moeder, alsmede [die] van de bestemoeder, zoals [die] tesamen bij de erfuiter berusten; zullende de kleren van de dochters komen te erven van de ene op de andere tot aan de dood van de laatste. Bovendien belooft de erfuiter zijn kinderen in kost, kleren en alle lijfsnooddruft te verzorgen. En als zij 18 jaren oud zijn, dan hetgeen voorschreven uit te keren. Waarmee de erfuiter verklaarde een goede en sincere erfui¬ting aan zijn kinderen te hebben gedaan, onder verband als volgens het recht. Zonder argelist.
- Juramentum p. tutores remissum est.

De executie is hier te vinden.
Zw CZ invnr 682
image 390 folio 185 dd 09-02-1684 De zake van de crediteuren van den boedel van Assijn Willems wonende te Spoolde en de wed. Hendrik Assijs te Schelle tegen Dr.van Twenhuisengedisputeert zijnde is in advijs gehouden zullende partijen worden geciteerd om sententie te horen

image 404 dd 09-03-1684 folio 203 betreft de desolate boedel van Assien Willems te Spoolde en Hendrik Assijs te Schelle- zie ook folio 217 en 218 en eerder folio 185 - oa. zoon Hendrik en dochter Aaltje hebben nog geld tegoed vanwege de erfuiting

Wie is dus die OOM?
In ieder geval niet de zoon want dan zou er halfbroer of broer moeten staan.

Aan te nemen valt dat deze Hendrik Assies dan gehuwd is met een zus van Assien Willems omdat we de familie van zijn vrouw hebben kunnen vaststellen.