Familie Van Marle

[ria van bessen]

Ik heb die al wel eerder aangegeven.
Hier alles wat ik heb
- alles in Wijhe

A- Ouders Berent Willems en Wendele Freriks Vos

-1A] Lijsjen Berents ongehuwd

WIJHE invnr 7
f91 - Wijhe, 19 juli 1681 - Joan van Laer, Richter tot Wijhe.
Keurnoten en gerichtsluiden Frerijck Berentsz Vos en Hendrick Teunissen.
[op een bezegelde brief].
Voor de gesubstitueerde Everhardus Deutelius, die zijn "gicht" daar¬van aan de Richter heeft gedaan, is verschenen Lijssjen Be-rents [te Marle], hierbij geassisteerd door Roeloff Everts als haar momber. Zij ligt ziek te bed, maar zij is haar verstand volledig mach¬tig. Zij maakt een testament. Zij beveelt na haar dodelijke afgang haar ziel aan God en haar lichaam met een eerlijke begrafenis aan de aar¬de.
Zij legateert aan het kind (Willemtjen Berentsz) van haar neef Berent Dircks 100 Caroli gulden uit haar gereedste nala¬tenschap, bovendien haar zwarte lakense rok, 14 ll. vlas en het korte linnen van de testatrice.
Zij stelt tot haar universele erfgenamen de kin¬deren (Berent, Fredrijck, Jacob en Wendele Dircks) van haar zaliger broer Dirck Berents, mits zij aan de Diaconie van Wijhe na haar overlijden zullen uitkeren 2 zilveren ducatons.
Item is verschenen Berent Dircks [te Marle]. Hij legateert en geeft vooruit aan zijn kind Willemtjen na zijn overlijden uit zijn ge¬reedste nalatenschap een somma van 100 Caroli gulden.
Zijn verdere nalatenschap zal vallen en versterven "na costume locael" en het Landrecht.
(Op verzoek van de comparanten tekent en zegelt Everh. Deutelius, dit naast de Richter

-2A] Derk Berents X NN - kinderen: Berent, Fredrik, Jacob en Wendele


2A-1
329 - Henr. Gerrits Cloosterman doet verzegeling aan de Hr. hopman War¬ner Ulger uit Wendelen Derx Caterstede

Wijhe - f329 - 29 mei 1687 - Verwalter Richter Herm. Roeck.
Keurnoten Wilh. IJsel en Hend. Claessen.
Gecompareerd zijn Hend. Gerrits Cloosterman en Wendele Dercks, ehe¬luiden, tutore marito. Zij verklaren een hypotheek van 600 Caroli gulden ad 20 stuiver 't stuk te hebben ontvangen van de Hr. hopman Warner Ulger en zijn Vrouwe Gesina Schaffer, eheluiden. De rente is 5 procent jaarlijks, waarvan de eerste verschijndag is op 12 juni 1688. Zij verbinden hiervoor hun personen en goederen, in het bij¬zonder hun ka¬ter¬stede genaamd Wendelen Derx Caterstede, met de daartoe behorende 3 akkers land en [de] hof, gelegen in de buurt¬schap Marle in dit Gericht, te-gen¬over [de] Rotger Eilers Plaetse, met de ene zijde aan het land van de Heren van Deventer en met de ande¬re zijde aan een akker land van de Heren Sloot en Vos, met het ene einde aan de IJssel en met het andere einde aan de dijk.
f522 - Actum Wijhe, 9 aug 1694 - Herman Roeck, Verwalter Scholtes tot
Wijhe.
Keurnoten Herm. Janssen van der Veen en Jan Jochems.
Verschenen is de WelGeb. Vrouwe Margareta Odilia van Linteloe, douariere van wijlen de Heer luitenant-kolonel Joan Doijs, hierbij ge¬as¬sisteerd door Hend. Hermssen als haar momber. Zij verklaart voor haar zelf en als wettige voogdesse van haar kinderen voor een aan haar comparante voldane koopsom te hebben verkocht, gecedeerd, ge¬transporteerd en overgedragen aan Berent van Essen en zijn huisvrouw [niet genoemd] de katerstede Wendelen Derx Plaets, met zijn raad en onraad, recht en gerechtigheid, gelegen in dit kerspel van Wijhe in de buurtschap Marle.
(Naast de Scholtes tekent en zegelt de comparante).



2A-2 Derk Berents zijn zoon Berent Derks wordt - van Marle

f174 - 20 feb 1683 - Verwalter Richter Herm. Roeck.
Keurnoten Lambert Janssen en Derck Corneliss Dwars.
Gecompareerd is Berent Derx. Hij verklaart voor hem en zijn erfgenamen verkocht te hebben en te verkopen krachtens dezes voor een aan hem comparant voldane en betaalde somma van penningen, aan Gerrit Eilers Timmerman een jaarlijkse losrente van 8 Caroli gulden en 16 stuiver, vrij geld, zonder enige korting [hij doet verzegeling] uit zijn land genaamd de Hacke. Het land grenst met beide zijden aan Lijsjen Egbers, met de ene hoek aan de Pouwert en Berent Egbers Vos, en met de andere hoek tegen de landerijen de Willigen Ackers, gelegen in het kerspel van Wijhe in de buurtschap Marle. De eerste verschijndag van de rente is op aanstaande St. Michaelis van dit jaar. De aflossing mag ten allen tijde van de zijde van de renteverkopers geschieden met een kapitaal van 176 Caroli gulden, dit naast alle achterstedige interest, mits dit een half jaar voor de verschijndag wordt aangekondigd.
Tot meerdere verzekering belooft de comparant dat de renteheffer deze jaarlijkse rente mag heffen en beuren uit de opkomsten en pachten van het vierde part van het voorschreven land.

Wijhe invnr 7 f207 - 20 mei 1684 - Verwalter Scholtes H. Roeck.
Keurnoten D. Corneliss Dwars en Willem Jansen.
Gecompareerd zijn Berent Derx en Aeltien Jacobs, eheluiden, tutore marito. Zij verklaren in een vaste erfkoop verkocht te hebben, gelijk zij hierbij doen, aan Derck Warners en zijn huisvrouw Elsien Jansen een zeker stuk land genaamd de Hacke , met al het daartoe behorende recht en de gerechtigheid, gelegen in de buurtschap Marle in het kerspel van Wijhe. Het land grenst aan de ene zijde aan den Pauwert en Be¬rent Egberts Vos, en aan de ander zijde aan de Wilgen Ackers Landerijen. Het is bezwaard met een uitgave van 1 1/2 stuiver jaarlijks als tiende [van thijns]. De koopsom is 525 Caroli gulden, welke de verkopers hebben ontvangen. Derhalve doen zij van het voorschreven land aan de kopers cessie, transport en opdracht.

Zwollerkerspel f424 - 20 sep 1684 - Richter Herman Meuwsen.
Keurnoten bernardus van Rijssen, Doctor, en Jochum en Rutgers [doorgestreept was: François de Bruijn].
In het Gericht zijn verschenen Berent Derks en Aaltjen Jacobs, tutore marito, eheluiden, wonende op de Oude Weteringe in Mastebroeck. Zij verklaarden voor hun en hun erfgenamen ter zake van verstrekte en door hun te danke ontvangen penningen schuldig te zijn aan de erfgenamen van Jonker Godschalk de Pottre en Juffer Elisabetha van Tenghnagel en deze hun erfgenamen een kapitale somma van 600 Caroli gulden van 20 stuivers het stuk. Die zij comparanten beloofden jaarlijks en alle jaren te verrenten met 36 gelijke Caroli guldens, maar wanneer zij rentegevers de rente jaarlijks binnen de 3 maanden na de verschijndag betalen, dan zullen zij met 33 gulden kunnen volstaan, waarvan heden over één jaar de eerste rente zal verschijnen en moet deze betaald worden. Stellende voor dit alles boven een generaal verband van hun persoon en goederen, roerende en onroerende, huidige en toekomstige, tot een speciaal onderpand en hypotheek hun comparantens 6 morgen land, waarvan 3 morgen zijn weideland en 3 morgen hooiland, liggende aan elkaar in Mastebroek in [het] Dieserslagh in dit kerspel van Zwolle, Wolter Willems ter ener zijde en Cornelis Peters ter anderer zijde; zijnde vrij eigenlijk land, en is dit de eerste rente daarop gevestigd. Belovende dit altijd te wachten en te waren voor alle evictie en opsprake als volgens het recht, alsmede altijd een nader, beter en meerder speciaal onderpand te zullen geven. En dit alles onder renuntiatie van de exceptie van ongetelden gelde of enige andere dezen enigszind contrarierende. Zonder argelist.
- Gerrijt Holt, gerichtschrijver, zal voor de comparanten tekenen en zegelen.

[Kantlijn hierbij op f424:] 7 mei 1687 is mij de originele obligatie hiervan, gequiteerd door Juffrouw Anna Sophia de Pottre, vertoond, die mij wel bekend is, met verzoek dat dit ten prothocolle mag worden gebracht, waaroe dit dient.
- In fidem Gerrijt Holt, gerichtschrijver.

f157 - 3 mei 1687 - Richter Herman Meuwsen.
Keurnoten Jan Wolf van Rijssen en Henrick Erenst.
In het Gericht zijn verschenen Berent Dercksen van Marle en Aaltjen Jacobs, tutore marito, eheluiden. Zij verklaarden voor hun en hun erfgenamen voor een somma van penningen, hun comparanten te danke voldaan en betaald, eeuwig en erfelijk te hebben verkocht, gecedeerd en getransporteerd aan Wolter Willems en Jacobjen Geerlighs, eheluiden, en hun erfgenamen hun comparantens 6 morgen land in Mastebroek in [het] Dieserslagh in dit kerspel van Zwolle gelegen, zuidwaarts de koper zelf en noordwaarts de verkoper; zijnde vrij eigenlijk land en onbezwaard met enige uitgaande renten, maar met zijn recht en gerechtigheid, raad en onraad vanouds daartoe behorende. Zonder argelist.
- Gerrijt Holt, gerichtschrijver, zal voor de comparanten tekenen en zegelen.



2A-3
Derk Berents zijn zoon Jacob Derks - wordt van Marle

1687-07-02 - Jacob Derks van Marle, j.m. alhijr,en Grietjen Derks Dwars, wed. van Frerik Berens Vos tot Wijhe - deze proclamatien gaen mede tot Wijhe - Ondertr./tr. Zwolle, RBSO 726, f137

12-12-1686 zalige Vrerik Vos - Frerijkjen

Hier hoort bij – ORA Wijhe dl 7 f329 - 24 juni 1687 - Verw. Scholtes H. Roeck. Keurnoten Steven Doorninck en Reiner Roeloffs.
Gecompareerd is Grietien Derx Dwars, weduwe van Frerick Vos, te Marle. Zij heeft verzocht en verkregen tot mombers over haar onmondig kind (Frerickjen Frericks) Derk Corneliss Dwars en Berent Vos.

BRONNEN

f71 - 12 jan 1616 - Frederick [-], Schultus tho Wije.
Keurnoten en gerichtsluiden Wijnolt Martensen en Christiaen Ger-rijtsen.
[vermits deze open bezegelde brief].
"Jn eenen apeenen geheegeden Gerichte vnde gespannener banck sint personelick gecoemen vnde erschennen Berent Willemsen met sijn ech¬e Huisvrou Wendele Frericks vnde Beerent voors. als Man vnde Momber sijnder Huisvrouw voorss. vnde hebben Eluiden met haren vrijen wille vnde Rijpen beraede in pantschap gedaen voor haer vnde haren Arfgenamen een stucke landes genoempt het Over buiten dijcks in merlo [Marlo] geleegen daer Oostwaert die Isele vnde Rotten Alers ant Suiden den Dijck Westwaerts vnde Noortwaert die van Diepenvene angelandt sinnen, dat voor een vrij Edel eijgen goet gelijck sie het selue ten dele van Steven Frericks vnde Harmen buitenhuis [Buitenhuis] hare broeders met buitenschap ofte anders met loep [koop?] gecregen hebben, den tijt van viertien Jaren sonder lossen ahn Jan Wijchmans Sijn Huisvrouwe vnde haren Arfgenamen, voor die summa van drie hondert goltguldens tot acht vnde twintich stuiver het stucke gereeckent, vnde sal Berent Willemsen sijn Huisvrouwe ofte arfg. vrij staen, na omganck van die voorss. viertien Jaren dat voorss. landt weder in tho lossen met eens driehondert goltguldens als voorss., als sulcks een half Jaer tho voerens opgesecht sal sijn, is mede bevorwert dat voorss. sijn Huisvrouw ofte Arfg. ant voors. landt nodich daer tho dienen nae die Jsele met Slick int paten ofte anders, daer ahn verbeeterde sal beerent [Beerent] sijn Huisvrouwe ofte Arfg. voorss. naest omganck der voorss. Jaer tot kennisse van goede mannen bauen die voorverhalte drijhondert goltguldens betae¬len. Wijders heeft Berent Willems met Wendele sijn Huisvrouw ge¬laeft so emant op dit voorss. lant te spreecken hadde af te doen ofte ander landt daer voor in die plaetse den tijdt van viertien Jaren te stellen daer mede die voorss. Jan Wijchmans sijn Huisvrou ofte Arfg. genoechsam verwaert sollen sijn. Sonder argelist."
(De Schultus heeft deze brief met zijn zegel bevestigd en met zijn eigen hand ondertekend, en tot meerder vestenis van alle voorschre¬ven punten heeft Berent Willems, omdat hij zelf geen zegel heeft of gebruikt, verzocht [gebeden] de E. Gerhart Marthensen dit mee te willen verzegelen, wat hij gedaan heeft).

f75 - 4 mrt [ws. 1616] - Frederick van Vilsteren, Schultus tho Wije.
Keurnoten en gerichtsluiden Wijnolt Martensen en Christiaen Ger-rijtsen.
"Op huiden den vierden Martij is erss. voor mij Frederick van Vil¬steren svhultus tho Wije vnde Coernoten nha beschreeven in den ge¬richte Berent Willemsen vnde Wendele Frericks sijn echte Huisvrouw vnde Berent voorss. als Man vnde Momber sijner Huisvrouwe voorss. vende bekanden ontfangen tho hebben van Jan Wijchmans vnde Trijna sijn echte Huisvrouwe die Somma van Hondert Carolus guldens den gulden tot twintich stuiver gereeckent waer van den voorss. Berent Willemsen [,] Wendele sijn Huisvrouwe ofte haren Arfgenamen Jaer¬lijcks van tho rente sollen geven ses der seluer gulden waer van op alle Pinxteren die rente is ersschennen vnde dat den tijdt vnde so lange wes sie Eluiden die hoeft somma met alle achtersteedige, als sulcks een half Jaer bevorens op gesacht sal sijn te betalen daer voor verbindende sijn goet genoempt de Hacke bij misbetaelen. Son¬der Argelist daer dit aldus geschieden waren met mij Frederick van Vilsteren ahn vnde aver als Coernoten vnde gerichts luiden Wijnolt Martensen vnde Christiaen Gerrijtsen. Actum als baeven."

[Egbert_]

Blijkbaar heb ik het bericht van 13 jun 2021, 18:58 over het hoofd gezien.

De akte van 1616 is zeker interessant:

f71 - 12 jan 1616 [-] Berent Willemsen met sijn eche Huisvrou Wendele Frericks vnde Beerent voors. als Man vnde Momber sijnder Huisvrouw voorss. vnde hebben Eluiden met haren vrijen wille vnde Rijpen beraede in pantschap gedaen voor haer vnde haren Arfgenamen een stucke landes genoempt het Over buiten dijcks in merlo [Marlo] geleegen daer Oostwaert die Isele vnde Rotten Alers ant Suiden den Dijck Westwaerts vnde Noortwaert die van Diepenvene angelandt sinnen [-]

Het Over te Marle en Rutger Alerts kwamen we eerder tegen:

331. Eodem die [17 Octobris 1643], fol.79.
Opte requeste van Peter Hericks Moock ende Rijck Andries brouwer als momberen van
zaelige Jan ende Jacob Rutgersens minderjarige kinderen [-] als oock van seecker stuck landes tegens Wije over, soe hetselve vanhaer zaelige bestevader Reutger Alerts ende bestemoeder bij successie sijn aengehouden,
gedencken te vercoopen [-]

Wijhe invnr 4 f206v 18 aug 1646 [-] verkopen krachtens dezes aan Berendt Egbersen en Machtelt Beeltsnieders, eheluiden, en hun erfgenamen, een kamp bouwland genoemd het Oever [Ouer], tiende-plichtig, gelegen in het Schultambt Wijhe en de buurtschap Marloe, reikende westwaarts de dijk, noordwaarts Sloots akker [Sloots Acker], oostwaarts de IJsselstroom en zuidwaarts aan een zeker stuk land genoemd de Helle

[Egbert_]

Als Berent Willemsen [van Marle] en Wendele Frericks [Vos] in 1616 al echtelieden waren, is Berent Willemsen geen zoon van Willem Berent van Marle (x 2e Truichien Herms). Maar een leeftijds/generatie genoot.

Maar mogelijk wel verwant aan Berent Egberts (x Machtelt Beeltsnijde) ??

[ria van bessen]

Is van onderstaande Hendrik en Egbertus van Marle meer bekend?

Zij zijn waarschijnlijk zonen van Evert Egberts van Marle x Heijltje van Dijck

En Evert Egberts zoon van Egbert Willems op 't Slijkhuis

Zie ook Engeltje van Marle, vrouw van Jan Willems Crooneman. Volgens deze site was zij een dochter van Arent van Marle. Maar gezien de namen van de kinderen lijkt me Arent haar oom, en haar ouders Evert (Everhard) Egberts van Marle en Heijltje van Dijck.
http://www.timkrooneman.nl/de_wijhe-tak.htm
http://www.timkrooneman.nl/Image33.gif

Volgens Kweek Telgjes.

[-] de kinderen van Hendrik's halfbroer Everard van Marle bij Heijltje Dijcx, met name Egbert, Maria, Eva, Engeltje, Hendrik en Evert [-]

Inderdaad, dat zag ik even niet. Vandaar een dochter Heiltien.

Vermoedelijk is om die reden Wijntje Berents gekoppeld aan van Marle door AdL?
Jacob Berents van Marle heeft ook een dochter Wijntje.
Van hem wordt gezegd dat hij een zoon is van Berent Egberts wonende op Nieuwenhuizen. Ik kan daarover geen bewijs vinden.
Maar dan zou hij bij Gerrit Berents , Hendrik en Maria behoren en zouden deze naast Willem Berents dus allemaal kinderen zijn van Berent Egberts.

[ria van bessen]

niet terzake doende

[Egbert_]

Een wat andere benadering:

Volgens kadaster 1832 zijn er 19 erven in Marle, Wijhe.
huisnr. 7, genaamd Nijenhuis is in bezit van Gerrit Gerritsen van Merle.
Waarschijnlijk:

• Gerrit van Merle (1744-1854 x 27-11-1813 Lijsjen Maten (1791-1860)

Een zoon van

• Gerrit Rutgers van Marle (1744-1830) x 28-03-1773 Willemina Westhof (1745-??)

Een zoon van

• Rutger Egberts (1702-??) x rond 1738 Jannigje Doornink (1714-??)

Een zoon van

• Egbert van Marle (1661-??) x 1669 Aaltjen Aalberts (1673-??)

Een zoon van

• Rutger Egberts (??-<1699) x Anne Henrix (rond 1625-??)

Wijhe * f313 - Actum Wijhe, 10 feb 1665 [-] 't Werver Weertien, voor zo veel de kinderen en erfgenamen van zaliger Willem Berents daarin of daaraan hebben, [-] Ruttger Egberts als pachter

In het Vuurstederegister van 1675 Wijhe
zit onder Marlo [Marle]
- Rutger Egberts met 2 vuursteden en 1 oven.

Berend Egbertsz 'den Olden', pachter van het erf Nieuwenhuis te Marle in 1600 [Nederlands Patriciaat jrg.66, p.214]. 1618: Willem Berendsz wordt vermeld als pachter van domeingoederen onder Marle, kerspel Wijhe [Nederlands Patriciaat jrg.66, p.215].

[ria van bessen]

Wijhe invnr. 10
f144 - 11 mei 1717 - Richter Johan Hermen van Hemert.
Keurnoten Gerrit Gerrits Schutte en Derk Hendriksen.
De HoogWelGeb. Vrou Elisabet van Egten, Vrou toe den Gelder, douariere van wijlen de Heer generaal van Dedem, maakt een testament. Zij wordt hierbij geassisteerd door Hendrik Deutelius als haar momber. De katerstede Vrouwenkamp in Herxen, en het erve dat door Egbert Rutger wordt bewoond, gelegen in Marle, legateert zij aan haar zoon Gijsbert van Dedem en freules Johanna Christina en Conradine Willemina van De¬dem.

[Egbert_]

Zwolle, Den 19 Septemb: 1685
Coenr: Willem van Dedem Hr totten Gelder Majoor te Voet en Commandeur deser Stadt en
Anna Elisabeth van Eechten, Dochter tot Eelten
Attestatie gegeven den 4 Oct. 1684.

[Egbert_]

f177 - Actum Wijhe, 1 mrt 1683 [-] WelGeb. Vrouw Seina van Laer, echtgenote van Hr. Johan Grobbe toe Mennigeshave, [-] Zij transporteert en cedeert aan de HoogWelGeb. Hr. Conradt Wilhelm van Dedem, commandant van de stad Zwolle en majoor onder een regiment voetknechten in dienst van deze landen, het adelijke huis en havezathe, genaamd den Gelder

Of het Nijenhuis ook behoorde tot den Gelder, is mij niet duidelijk.
Maar ergens na 1717 moet het Nijenhuis in bezit gekomen zij van de familie van Marle.

[ria van bessen]

bericht 2

VOT 1748
MARLE
1 - Egbert van Marle.
2 -
3 -
4 - 3. Jan, Cornelis en Marija.


Wijhe f508 - 11 apr 1742 - Richter Johan Hermen van Hemert.
Keurnoten Mr. Gerrit Jacobs van Marle en Mr. Steven Doorninck.
Jan Rutgers en zijn vrouw Gerrigjen Gijsberts hebben een hypotheek van 500 opgenomen van Jacob Doijer, waarvan 300 Caroli gulden is verkregen bij de akte d.d. 23 mei 1737. De rente is 4 procent en de eerste verschijndag 23 mei 1743. Onderpand zijn 6 morgen in het Laarsland, ook genaamd het Egberts Oevertjen, en het benedenste gedeelte in het Breeland in Wijhe, gelegen in de buurtschap Marle onder Wijhe.

Kantlijn: 20 apr 1745 - Verw. Richter R.W. van Hemert.
Keurnoten Claas op de Hagt en Harmen Jansen.
De hypotheek is afgelost door baron de Vos van Steenwijck. Heer van Nijerwal.