Erf de Hoeve

[ria jongman]

Betreffende Lijsabeth Egberts, vrouw van Peter Everts op de Horst

02-05-1682 Peter Everts wed: te Haerst, en
Lijsabeth Egberts j.d. in Mastebroeck
Hij moet Erfuitinge doen. Gaen de proclamatien mede in Mastebroeck.

Ze mag dan bij haar trouwen in Mastebroek wonen, toch denk ik dat ze in Streukel geboren is, en dat dit haar doopinschrijving van Hasselt is.
Het bewijs is misschien wat dunnetjes, dus als er aanvullende aktes zijn, dan zijn die welkom!

Het is inderdaad dunnetjes.
Albert de Leeuw heeft in zijn boek geen ouders van Lijsbeth Egberts.
Ook niet bij Machteld trouwens.

Wel heeft hij de opmerking dat Machteld Egberts ook Machteld Peters zou heten en dat ze gedoopt is te Holte op 13 april 1648

Als Machteld overlijdt dan wordt Jan Egberts Stegeman voogd van haar kant.

[ria jongman]

bericht 2

Machtelt Egberts haar moeder heet Lijsbet Arents

1e huwelijk
13-07-1630 Jan Jansen, Jan Egberts s. tot Genne en
Lijsabet Arents, Arent Geertsen d. tot Harst

2e huwelijk
13-02-1638 Geerlijch Gerrijtsen wedenaer ende
Lisabeth Arens Jan Jansen N.W. beijde wonende tot Genne

[Geerlich Gerrits en Grietin Janss, eheluiden volgens f168 - Eodem [15 mrt 1636]

ZWKf330 - 20 jan 1638 - Richter Henrick Ter Cuijlen.
Keurnoten Claes Wildeman en Arent Lubberts.
Verschenen is Lijsbet Arentsen, weduwe van zaliger Jan Jansen. Zij heeft ten overstaan van Jacob Jansen en Roeloff Arentsen, als "geordonneerde" en gestelde mombers over haar drie kinderen, met name(n) Aeltien, Geessien en Tonnissien Jansen, bij voorschreven Jan Jansen geprocreerd, aan deze kinderen erfuiting gedaan, en voor hun vaderlijk goed bewezen de somma van 500 goudguldens, en aan iedere dochter, wanneer zij tot haar jaren is gekomen een bed met zijn toebehoren.

3e huwelijk
09-08-1646 Egbert Jacobsen, Jacob Egbertsen N.S. tot Holten, ende
Lisebeth Arens, Gerrijt Geerlijck Gerrijtsen N.W. tot Genne

ZWKf446 - 4 juli 1646 - Richter Henr. Ter Cuijlen.
Keurnoten Henrick Jansen Goldersarm [Golders arm] en Albert Gerrijtsen Grave.
Zijn op verzoek van Lijsbet Arents, weduwe van zaliger Geerlich Gerrijts te Genne, tot mombers over haar onmondig kind Grietien Geerlichs gerichtelijk gesteld Henrick Gerrits en Berent Arents, als oom "ten beijden zijden" van dit kind … etc.


BROER VAN LIJSBETH
29-10-1631 Berent Arens Arent Gerrijtsen sone, ende
Trijntin Peters Peter Jacobs n.d. beijde wonende tot Haerst


ZWKf532 - 19 okt 1647 - Richter Henrick Ter Cuijlen.
Keurnoten Egbert Roeloffsen en Hermen Bannier.
In het Gericht is verschenen Trijntien Peters, gewezen weduwe van zaliger Berent Arentsen, [zij] geassisteerd met haar huidige eheman Peter Hermsen als haar momber. Zij heeft ten overstaan van Evert Peters en Roeloff Arentsen als ooms [-] en gestelde mombers over haar twee onmondige kinderen, met name(n) Egbert en Peter Berentsen, bij haar voorschreven eheman geprocreerd, erfuiting gedaan, en voor hun vaders goed bewezen te hebben, gelijk het "geinseneerde" contract vermeld etc.

14 feb 1647
Peter Hermensen J.G. van grooter wede, ende
Trijne Peters Berent Arentsen N.W. ten Holten
met attestatie tot Hasselt getrout


ZWKf245 - 3 dec 1669 - Richter Bernard Holt.
Keurnoten Rudolf Crans en Henrik Mensink.
* In het Gericht is verschenen Elisabeth Arents, huisvrouw van Egbert Jacobs te Genne, gezond van lichaam en verstand, en in dezen geassisteerd met Henrik Queisen, gerichtschrijver, als haar hiertoe geaccordeerde momber. Zij heeft verklaard, dat dit navolgende is haar vrije onbedwongen uiterste wil [= testament].
Ten eerste geeft zij voor een vierde part aan haar dochter Teunissijn Jansen, nog voor een vierde part aan haar dochter Griete Geerlighs, nog voor een vierde part aan de twee kinderen [niet genoemd] van wijlen haar dochter Geessijn Jansen, en dan nog voor een vierde part aan het kind [niet genoemd] van wijlen haar dochter Aaltijn Jansen, een stuk land groot 1 1/2 morgen genaamd de Hoeijkrommers, gelegen in de buurtschap Genne, alsmede een halve Maatgraven Slag, in de buurtschap Berkum gelegen, en dan nog een somma van 200 Caroli gulden eens, daarin dezen tot erfgenamen instituerende mitsdezen, waarmee dezen zullen afgaan en met haar testatrices in- en uitschulden in het geheel niet te doen zullen hebben.
Verder stelt zij tot haar erfgenamen in al haar andere na te laten goederen haar twee kinderen, bij haar huidige eheman in echte verworven, met name(n) Jan Egbers en Magtelt Egberts. Zonder argelist.

ZWK f288 - 19 feb 1683 - Richter Bernard Holt.
Keurnoten Hermannus Holt Junior, burgemeester, en Henrick Holt, Dr.
In het Gericht zijn verschenen Eghbert Jacobs en Lisebeth Arens, wonende in de boerschap Holten, beiden gaande en staande en gezond van lichaam en bij goed verstand, zijnde zij Lisebeth Arens geassisteerd met Gerrijt Holt, der beiden rechten Doctor als haar momber. Zij maken een testament op de volgende manier.
Ten eerste institueren en nomineren zij testateuren tot hun universele erfgenamen over hun gehele nalatenschap hun zoon Jan Eghbers en zijn kinderen of kindskinderen [= kleinkinderen] bij representatie in plaats [van hem], en dan nog de kinderen van hun zaliger dochter Meghtelt Eghbers in echte geprocreerd bij Peter Evers, met name(n) Evert, Fennighjen en Lijsebet Peters, of deze hun kind of kindskinderen, tesamen in hun moeders plaats. Met dit uitdrukkelijk beding, dat bij versterf van één of meer van dezen zonder lijfserven [na te laten] deze van ons geërfde goederen zullen erven en versterven op de dan nog in leven zijnde(n) en niet mede op de vader.

ZWKf225 - 29 apr 1682 - Richter Bernard Holt.
Keurnoten Hermannus Holt en Gerrijt Holt.
In het Gericht is verschenen Peter Evers te Haarst. Hij heeft over zijn drie onmondige kinderen (Evert, Fennighjen en Lijsbet), in echte bij zijn zaliger huisvrouw Meghtelt Eghbers verworven, tot mombers verzocht Ditmer Evers op de Oudeweteringe in Mastebroeck, oom van vaders zijde, en Jan Eghbers [Steegeman RvB]te Holten, oom van moeders zijde. De laatste is daarop gehoord en hij heeft deze momberschap aangenomen, alsmede uit naam van de eerste, dewelke om zijn indispositie zelf niet kon compareren.
Waarna hij comparant aan zijn genoemde kinderen erfuiting heeft gedaan en aan deze voor het moeders goed bewijst één morgen buitendijks land, gelegen te Holten, de erfgenamen van Claas Arens ter ener zijde en Albert Roelofs te Haarst ter andere zijde, zijnde bezwaard met 100 daalders tot profijt van Eghbert Jacobs en Lijsbet Arens, waarvan de comparant tot de ouderdom van 18 jaar van de kinderen de rente zal betalen, "en dan weder selver laste sal komen", mits [zij] dan ook genieten de pachten. Hij belooft bovendien aan het jongetje een driejarig paard en aan de meisjes elk een bed met zijn toebehoren, en elk een kast. Verder zal hij alle drie in kost en kleren onderhouden, en hun lezen en schrijven te laten leren. Waartegen hij comparant de gehele boedel met de schulden en onschulden zal behouden. Hij verklaart hiermee een oprechte erfuiting aan zijn genoemde kinderen te hebben gedaan, waarvoor hij verbindt zijn persoon en goederen als na rechte. Zonder argelist

[Egbert_]

Op 13 april 1648 wordt volgens de GI (zoektermen: 1648-04-13 dochter)

• Bron: Retroacta
  Voornaam: Magdelene
  Datum: 1648-04-13
  Tekst: dochter van Egbert, wordt gedoopt

link naar de scan

Albert de Leeuw moet dan daarin herkend hebben:

• 09-08-1646 Egbert Jacobsen Jacob Egbertsen N.S. tot Holten, ende
  Lisebeth Arens Gerrijt Geerlijck Gerrijtsen N.W. tot Genne

Want dat de vader Jacobsen heet, en in Holten woont, staat niet bij de doopinschrijving !

Jan Egbers Stegeman is deze:

• 14-12-1669 Jan Eghberts j.m. te Genne, en
  Geesien Everts j.d. te Haerst

(NB: Holten werd vaak gezien als onderdeel van Genne)

Geesien Everts is volle zus van Peter Everts op de Horst. En daarmee is Jan Egbers Stegeman aangetrouwde oom van vaderszijde. Maar hij treedt op als voogd van moederszijde. En zal daarom dat de broer van Machteltjen Egberts zijn.

[ria jongman]

f19 - 2 juni 1693 - Richter Herman Meuwsen.
Keurnoten Jan Wolf van Rijssen en Gerrijt van Rijssen.
In het Gericht zijn verschenen Hermen Eghbers en zijn huisvrouw Grietjen Geerlighs, woonachtig te Langenholte, beide gezond van lichaam en bij goed verstand, zij Grietjen Geerlighs in deze geassisteerd met Gerrijt ten Hope als haar momber. Zij maken een testament op de volgende manier.
Ten eerste institueren en nomineren zij testateuren elkaar, de een de ander, tot hun enigste en universele erfgenamen, in hun gehele nalatenschap, niets daarvan uitgezonderd, hetzij mobiel of immobiel, van welke conditie of naam die ook zijn mogen.
Zij legateren aan Armen tot Zwolle elk een somma van 25 Caroli gulden eens, direct na hun dood te ontrichten.
Hij Hermen Eghbers legateert verder aan zijn broers Lubbert Eghbers, Eghbert Eghbers, Willem Eghbers en Gerrijt Eghbers, en aan hun zuster Zijntjen Eghbers, getrouwd aan Claas Jacobs Bos, en aan de vier kinderen [niet genoemd] van hun zaliger zuster Aaltjen Eghbers in plaats van hun moeder een somma van 400 Caroli gulden en het linnen en de wol die tot de lijfdracht van de testator behoren, om onder hun zessen in gelijke delen verdeeld te worden, en bij voorafsterven deze hun kind of kinderen in plaats van de ouders, en zo hiervan iemand van al dezen [van allen] zonder wettige lijfserven na te laten voor de testator mocht komen te overlijden, dan zal diens portie of deel de anderen in leven blijvenden komen te "accreseeren".
Verder legateerde zij testatrice aan haar halve zuster Tonnisjen Jansen en Claas Clasen, eheluiden, en bij voorafsterven van deze aan haar dochter Lijsebet Claassen in de plaats een somma van 300 Caroli gulden, alsmede [neffens] het linnen en de wol die tot de lijfdracht van de testatrice behoren, en aan haar halve broer Jan Eghbers Stegeman een somma van 6 gulden eens, verder aan de kinderen van haar zaliger halve zuster Geesjen Jans, met namen Jan Arens en Roelof Arens, elk 20 gulden eens; in het geval één van deze beiden zonder wettige lijfserven voor zij testatrice komt te overlijden, dan zal diens portie mede de overblijvende genieten; en tenslotte aan de drie kinderen van haar zaliger halve zuster Meghtelt Eghbers, met name Evert, Fennighjen en Lijsebet Peters, elk mede een gelijke somma van 20 Caroli gulden; zullende mede in het geval hiervan één of meer zonder wettige geboorte(n) na te laten voor de testatrice komt [of komen] te overlijden, dan zal [zullen diens portie(s) vervallen op de overblijvende(n). Zonder argelist.
- De gerichtschrijver Holt zal voor de comparanten tekenen en zegelen.

[ria jongman]

BERICHT 2

ZWK f56 - 3 mrt 1694 - Richter Herman Meuwsen.
Keurnoten Herman Meuwsen [!] en Otto Meuwsen, Doctoren.
In het Gericht is verschenen Berentjen Eghbers, weduwe van Albert Peters op Wolfshagen, in dezen met de gerichtschrijver Holt als haar momber geassisteerd. Zij heeft over haar zeven onmondige kinderen (Eghbert, Peter, Gerrijt, Fennighjen, Lijsebet, Cornelis en Annighjen ) tot mombers verzocht Simon Eghbers, oom van moeders zijde, en Jan Klasen, aangehuwde oom van vaders zijde. Zij hebben de momberschap aangenomen en als goede mombers waar te zullen nemen.
Waarna zij comparante ter presentie van de genoemde mombers aan haar voornoemde kinderen erfuiting heeft gedaan, en aan dezen voor hun zaliger vaders goed bewezen aan elk een somma van 90 Caroli gulden, en elk één ducaton "in specie". Zij belooft deze kinderen in kost en kleren te onderhouden totdat zij 16 jaren oud geworden zullen zijn, als wanneer het bewezene zal worden uitgekeerd. Maar wanneer zij erfuiterse deze penningen of enige daarvan nog langer wordt gelaten, dan zal zij deze jaarlijks verrenten tegen 4 procent. Zij erfuiterse heeft verder beloofd de kinderen te laten leren lezen en schrijven. En is verder door haar en de mombers geaccordeerd en versproken, dat bij versterf van één of meer van deze kinderen diens erfenis zal erven en versterven voor de helft op de moeder en voor de helft op de andere kinderen. Mede verklaarde zij een oprechte en sincere erfuiting aan haar voornoemde kinderen te hebben gedaan, waarvoor zij verbindt haar persoon en goederen. Zonder argelist.
- Juramentum per tutores remissum est.


ZWK f72 - 26 okt 1700 - Richter Wilhelm Vriesen.
Keurnoten de Heer burgemeester Wilhelm Louwerman en Hendrick Reinders, Medicinae Doctor.
In het Gericht is verschenen Jan Gerrits te Haerst, weduwnaar van Elijsabeth Egbers. Hij heeft over zijn onmondig kind (Grietien Jans), bij zijn voornoemde huisvrouw zaliger Elijsabet Egbers in echte geprocreerd, tot mombers verzocht Willem Gerrits, oom van de vaders zijde, en Sijmon Egbers, wonende tot Strockel, oom van de moeders zijde. Zij zijn daarop door het Gericht verhoord en zij hebben deze momberschap aangenomen.
Waarna hij comparant in presentie van de genoemde mombers aan zijn dochter voornoemde erfuiting heeft gedaan, en aan deze voor haar zaliger moeders goed heeft bewezen eerstelijk een vierde part in drie morgen land in het Hoogschoutambt van Hasselt in de boerschap Strockele gelegen, de Rheen genaamd, met nog een somma van 275 Caroli gulden aan geld en twee gouden ringen, verder nog een kast en een bed met zijn toebehoren, en nog 15 ellen hemddoek, met al het linnen en de wol, die tot de lijfdracht van de moeder hebben behoord, alles aan haar uit te keren als zij 18 jaren oud geworden zal zijn. Hij erfuiter belooft boven dit alles dan nog een behoorlijke uitzet na staatsgelegenheid aan zijn dochter te zullen geven en haar ondertussen tot de genoemde tijd van 18 jaren toe in kost en kleren te onderhouden, en haar lezen, schrijven en naaien te laten leren na behoren. Waarmee hij comparant verklaarde een oprechte en sincere erfuiting aan zijn voornoemde dochter te hebben gedaan, waarvoor hij verbindt zijn persoon en goederen als volgens het recht. Zonder argelist.
[Kantlijn hierbij op f72:] 6 mrt 1700 [!] - Richter Wilhelm Vriesen.
Keurnoten Berent Langhcamp en Isaak Hoeftman.
In het Gericht zijn verschenen Michiel Andriessen en Griettien Jans, tutore marito, eheluiden. Zij verklaarden door hun vader en schoonvader Jan Gerrits aan haar uitgereikt te zijn al hetgeen hij Jan Gerrits aan haar Griettien Jans bij de tegenstaande akte van erfuiting voor haar zaliger moeders goed bewezen had, en overzulks "van den selven" voldaan te zijn, zulks doende en hem voor die gedane uitreiking bedankende mitsdezen. Zonder argelist.
- In fidem A.G. Vriesen, gerichtschrijver.

Hasselt, 29 maart 1712.
Willemtien Jans, weduwe van Sijmen Egberts, gaat hertrouwen en over haar drie onmondige kinderen Aeltien, Gerrijt en Megtelt Sijmons, worden tot mombers aangesteld Jan Egberts en Goossen Jans.
Hasselt, 19 Meij 1712:
Jan Egbers en Goossen Jans, mombers over Aeltien, Gerrijt en Meghelt Sijmons, kinderen van wijlen Sijmon Egberts en Willemtien Jans, en Jan Sijmons, voor hemzelf en voor zijn zusters Harmtien en Egbertien Sijmons, zijn met de moeder Willemtien Jans, nu hertrouwd met Evert Harms, overeengekomen dat ze zal uitkeren aan haar zes kinderen voor vaderlijk goed anderhalve morgen land in 't Hoonbroeck gelegen, en vijf vierdellen marges gelegen in Ketelsbroek, dan nog een gedeelte in de Krommers, en in geld 150 car:gld:, waarvan Jan Sijmons zal voor uijt sal trecken 50 gld:, van de resterende 100 gld: zullen Jan, Egbertien, Aeltien en Gerrijt ieder 20 gl: en Harmtien en Maghtelt Sijmons ieder tien gld: genieten als zij trouwen of node hebben, etc.

Wee Evert, Herms jm. Streukel X Willemtien Jans wed Streukel
getr. 30-03-1712 204/70

[Egbert_]

Bedankt voor het plaatsen van de aktes!

Voor mij was het meeste wel bekend, maar voor meelezers kan het interessant zijn. Ook al is ze de overleden eerste vrouw van (daarna) de zwager van Peter Egbers te Zuitem op den Aelvanger.

En de families uit de aktes zijn sterk verwant en aanverwant. De ouders van Egbert Jacobsen, de derde man van Lisabeth Arens komen in mijn kwartierstaat voor. De ouders van Hermen Egberts, de tweede man van dochter Grietien Geerlichs, en de moeder van Evert Dercksen, haar eerste man. De ouders van Arent Hendriks, de eerste man van dochter Teunisjen Jans. De ouders van Aaltjen Peters, de vrouw van haar broer Roelof Arents, De ouders van Trijne Peters, de vrouw van haar broer Berent Arentsen.

[ria jongman]

Nou, ik weet nog niet zeker of Peter Aalvanger hier bij hoort.
Wanneer is Peter eigenlijk gedoopt?

Ik kan in Hasselt geen doop Peter vinden.
Ik gebruik de index

Sijmen 1651 z.v. Egbart Sijmens; te streuckel,
mdr. N.N.,
Madeleentien 1657 d.v. Egbart Sijmens; te streuckel,
mdr. Femmegien Berens, 197/121
Lijsabet 1660 d.v. Egbart Sijmen; te Streuckel,
mdr. N.N.,
Jacob 1665 z.v. Egbert Sijmens; te Stroeckel,
mdr. Femmegien Berents, 198/35
Aaltje 1669 d.v. Egbaert Sijmens; huisman te Streuckel,
mdr. Femmegien Berents, 198/81

Volgens jou is Jan Egberts gedoopt te Hasselt: 25-02-1663 als zoon van Egbert Sijmons huisman te Streuckel
in de index staat Evert Sijmons - geen Egbert.

[Egbert_]

Ik lees daar toch echt Egbart Sijmens te Streuckel
Hoewel je Sijmens ook kunt lezen als Cijmens.

Sijmen Egberts.jpg (95.6 KiB) 1335 keer bekeken

En zoals ik al eerder aangaf: een hiaat in doopboek Hasselt:

doopboek_Hasselt.jpg (144.45 KiB) 1332 keer bekeken

bron scans: https://vpnd.nl/ov/hasselt_dtb_dp.html

Mogelijk hoort deze er ook nog bij:

• gedoopt te Hasselt 11 juni 1648 | Egbart Húisman | Jannetien

• Den 27 Febr 1692 (Zwolle otr)
  Gerrit Hendrix j.m. alhier en
  Jantjen Engberts j.d. tot Streukel met attestatie
  gegeven attestatie na Hasselt 19e Meert 1692

[Egbert_]

De doopinschrijving van de vorige reactie was niet de betwistte. Dat moet deze zijn:

Jan Sijmens.jpg (81.58 KiB) 1316 keer bekeken

En dat lijkt er wel op, dat er staat Evert Cijmens. huisman te Streuckel

Maar Streukel is klein, destijds nog geen twintig adressen. Daarom ga ik er van uit, dat het een verschrijving is, dat het Egbert moet zijn.

[ria jongman]

Sijmen zal de oudste zoon zijn gezien het patroniem van zijn vader.
Hij is geboren in 1651.

Mogelijk is Berentje geboren voor 1648. Patroniem van Femmigjen de moeder.

En kan ik in Hasselt geen Peter ontdekken, [na 1648] want waarom zou Peter eerder vernoemd zijn dan Sijmon?
Tenzij er al eerder een jong overleden zoon Simon was. Die dan ook in het hiaat valt qua datum

Er zal m.i. toch ook meer bewijs moeten komen betreffende Jan Egberts [die dus als zoon van Evert wordt genoteerd]

Ondanks dat Lijsbet, Sijmen, Berentje en Peter bij elkaar horen is dat nog geen bewijs dat deze Peter dezelfde is als Peter Aalvanger.
Het kan, maar er is toch geen echt bewijs, mijn inziens dan.