Forum Collectie Overijssel

Waren er in de periode 1600 of eerder tot 1635 en later 3 personen die Jan Dercksen heetten en die te Haerst woonden?

Ik heb het hier niet over de Jan Dercksen op de Bonkemate, die ik ook ergens zag in die periode. Bonkemate was ergens in zuid/west Zwolle of Zwollerkerspel? In de vrijheid van Zwolle, net buiten de poorten?

Allemaal wonend te Haerst:

1. Jan/Johan Dercksen, waarvan we aannemen dat zijn zoon Derck Jansen in 1604 trouwde en mogelijk zijn dochter Janneken in 1601.

2. Nieuw: doopboek 697/79 6 dec. 1621 Derkjen, d. van Jan Derksen tot Haarst de moeder Geertien Lucas

doopboek 697/224 4 okt. 1625 Bertelgen doch.van Jan Derricksen tot Harst de moeder [ en dan een soort kronkel die waarschijnlijk
etc. moet voorstellen.]

3. De Jan Dercksen die in 1633 trouwt en dan niet weduwnaar van bijv. Geertien Lucas wordt genoemd, maar genoteerd staat met de naam van zijn vader.

Dus gaat het totaal hier over 3 verschillende personen? Die eerste Jan Dercksen zou eventueel een vroege veerman te Haerst kunnen zijn, met personeel en dan Janneken zijn dochter, maar ook dat is interpretatie.

Jannegien de dochter van Jan Derks te Haarst die dus met Jan Berents trouwt in 1601 zou dan dezelfde zijn als Jannigjen Jans Wijsemoeder, als ik Egbert goed begrepen heb.

doopboek 697/79 6 dec. 1621 Derkjen, d. van Jan Derksen tot Haarst de moeder Geertien Lucas


Als ene Jan Derksen in 1642 als weduwnaar hertrouwt, kan hij deze Jan Derksen zijn geweest en zijn vorige vrouw heette dan Geertien Lucas?

Voor alle duidelijkheid:

• 20-09-1601 Jan Berentsen, Berent Lambertsen s. tot Haerst wonende met Willem van
  Broeckhuijsen op den Doren,
  Janneken Jans, Jan Dercksen d. tot Haerst, op't Veer

• 02-12-1604 Derck Jansen Johan Dercksen s. woenende tot Harst ende
  Jenniken Egberts s. Johan Michelsen n.w. woenende ter Velde

Het gaat mij enkel om deze twee trouwinschrijvingen. Zijn Janneken Jans en Derck Jansen zus en broer, kinderen van een en dezelfde Jan Dercksen?

Deze Jan Dercksen had dan in 1601 een volwassen kind dat trouwde, en zal niet de Jan Dercksen dit twintig jaar later nog een kind laat dopen, of dertig jaar later nog een keer trouwt.

Als Jannegien, die in 1601 trouwde, dezelfde is als Jannigjen Jans Wijsemoeder, dan is mijn vraag inderdaad of Derck Jansen, die in 1604 trouwde, haar broer is.

Maar dat is een vraag, geen veronderstelling, want ik heb geen gegevens, andere dan deze trouwinschrijvingen.

Met Jannigjen Jans Wijsemoeder ben ik onbekend. Dus vind het wel prettig om over haar meer gegevens te krijgen.

Egbert schreef: Deze Jan Dercksen had dan in 1601 een volwassen kind dat trouwde, en zal niet de Jan Dercksen dit twintig jaar later nog een kind laat dopen, of dertig jaar later nog een keer trouwt."

Vandaar dat ik inschat dat het om 3x een verschillende persoon gaat, wel naamgenoten en ook ooit in Haerst wonende.

Is er in Leenregisters nog iets over Jan Dercksen/Derck Jansen te vinden?

Ik heb Jannegien Jansen Wijsemoeder inmiddels gevonden. Maar haar nooit gekoppeld aan de vrouw van Jan Berents x 1601

Janny Lalkens schreef: ↑

09 jul 2016, 17:42

f327 - 20 jan 1638 - Richter Henrick Ter Cuijlen.Keurnoten Jan Hessels en Jacob van Muijden.Gecompareerd zijn Jannegien Jansen Wijsemoeder, huisvrouw van Jan Berentsen, wonende tot Haerst, item Fennegien Henricxen, huisvrouw van Jacob Jansen, en Lijsbet Arentsen, huisvrouw van Henrick Velicken, beide tot Genne wonende.Zij comparanten verklaarden, dat zij te weten, Jennegien Jansen, als "wijsemoeder", item Fennegien [-] en Lijsbet [-] als naburen op 25 oktober 1637 "verleden" des morgens "gevordert" en geweest zijn ten huize van Claes Jansen Wildeman bij zijn huisvrouw Geessien Jansen, zwanger, en met de bedroefde ziekte de pest van God Almachtig bezorgd zijnde. En deze Geessien bij goed verstand zijnde, met haar vrije onbedwongen wil uit haar "selffs" en uit haar eigen goed aan haar eheman Claes Wildeman voornoemd nog erfelijk en eeuwig gegeven heeft de somma van 100 goudguldens, de gulden tot 28 stuiver eens, en daartoe al haar testatrices zilverwerk, zoals [zij] deze van haar lieve eheman bekomen [heeft] en [hij] haar gegeven had, en dat boven hetgeen zij testatrice in de nacht omtrent tussen 24 en 25 oktober voorschreven aan haar eheman voor naburen en getuigen bij testament vrijwillig gelegateerd en gegeven heeft. Zij comparantes verklaren dat hetgeen voorschreven geweest is de vrije onbedwongene uiterste wil van voorschreven Geessien Jansen, die daar bij verklaard heeft, dat zij hetgeen voorschre

.
Maar uit deze akte haal ik geen familieverband met Derck Jansen (x 1604 Jenniken Egberts)

Trouwboek Zwolle 20-09-1601 Jan Berentsen, Berent Lambertsen s. tot Haerst wonende met Willem van
Broeckhuijsen op den Doren, Janneken Jans, Jan Dercksen d. tot Haerst, op't Veer

en zijn vermoedelijke broer:

Trouwboek Zwolle 15-03-1607 Geert Berents s. Berent Lamberts n.s. tot Harst ende
Griete Lubbers ?. Lubbert Gerridts ?. int Mastebroeck beide woenende tot
Harst met Johan Dercks

Er staan rare tekens rond de vrouwennaam in het origineel. Die staan er daar op die bladzijden wel meer achter de vrouwennamen, dus ik heb dat beide keren een vraagteken gegeven.

Vader Berent Lamberts overleden in periode 1601-1607.

Kunnen we met informatie via de namen Geert Berents en Griete Lubbers dichter bij dat andere echtpaar Jan Berentsen/Janneken Jans komen? Momberstelling? Verkoop van geërfd land of zoiets? Opmerkelijk dat Geert en Griete bij Johan Dercks wonen. Ons kent kennelijk ons.

Bericht 2.

Kunnen we hier nog iets mee?

Doopboek 697/163 Gedoopt te Zwolle 18-1-1624 Janneken d. van Jan ten Velde die moeder Alftijt.

Egbert_ schreef: ↑

17 sep 2023, 21:25

Ik heb Jannegien Jansen Wijsemoeder inmiddels gevonden. Maar haar nooit gekoppeld aan de vrouw van Jan Berents x 1601

Janny Lalkens schreef: ↑

09 jul 2016, 17:42

f327 - 20 jan 1638 - Richter Henrick Ter Cuijlen.Keurnoten Jan Hessels en Jacob van Muijden.Gecompareerd zijn Jannegien Jansen Wijsemoeder, huisvrouw van Jan Berentsen, wonende tot Haerst, item Fennegien Henricxen, huisvrouw van Jacob Jansen, en Lijsbet Arentsen, huisvrouw van Henrick Velicken, beide tot Genne wonende.Zij comparanten verklaarden, dat zij te weten, Jennegien Jansen, als "wijsemoeder", item Fennegien [-] en Lijsbet [-] als naburen op 25 oktober 1637 "verleden" des morgens "gevordert" en geweest zijn ten huize van Claes Jansen Wildeman bij zijn huisvrouw Geessien Jansen, zwanger, en met de bedroefde ziekte de pest van God Almachtig bezorgd zijnde. bij verklaard heeft, dat zij hetgeen etc.

.
Maar uit deze akte haal ik geen familieverband met Derck Jansen (x 1604 Jenniken Egberts)

Volgens mij is Wijsemoeder de benaming voor vroedvrouw. Geessien Jans is zwanger en besmet met de pest, de andere personen zijn buren.
Er wordt in het ORA alleen een Jan Berents wonende te Haarst genoemd die getrouwd is met ene Gerrigjen Jans

ZWK deel 603
f396 - -GEEN DATUMgenoteerd [= JUNI OF JULI 1622] Coram Richter Cornelis van Dongen.
Keurnoten Jan Albers en Herman Roleffs.
Compareerde Avien [Auien] Tonijs, Lijsbeth Tonijs en Anneken Tonijs, gezusters, en instaande en caverende voor hun broer Jan Tonijsen, [zij geassisteerd] met Adriaen van Gellre als hun tot deze zaken "gecoren en mit rechte toegelaten" momber, als kinderen en erfgenamen van zaliger Tonijs Jansen te Edam, Lijsbeth Tonis voor haar zelf en als moeder van haar kind Jan Janssen, bij zaliger Jan Jansen Touslager geprocureerd, voor deze instaande en de rato caverende.
Zij verklaarden aldaar in dit Gericht voor hun en hun erfgenamen in een steden vaste erfkoop erfelijk en "vmmermeer" te hebben verkocht, getransporteerd en overgedragen, gelijk de comparante alsnog doet zulks in en vermits dezen, voor een somma van penningen ten genoegen voldaan en betaald, [aan] Jan Berentsen te Haerst, zijn huisvrouw Gerrijtgien [-] en hun erfgenamen zekere navolgende landerijen:
- ten eerste het gerechte vierde part van 9 morgen land binnendijks en 2 morgen buitendijks "onuerschifft ende onuerscheiden" in Mastebroeck in Geertien Cleijs Erve [Erffe],
- nog het vierde part van 3 morgen land, ook "onuerscheiden", aan en achter de 9 morgen binnendijks gelegen,
alles gelegen in Mastebroeck in het Gericht en kerspel van Swolle, en dit alles behorende in het voorschreven erve, dat de koper in het geheel toebehoort. Strekkende dat binnendijkse land oostwaarts aan "de Mastebroecker dijck", noordwaarts bij langs de Rijxstege, het buitendijkse [land] noordwaarts de Jofferen [van het] Swarten Water, en zuidwaarts het Gasthuijs te Hasselt. Zij beloofden "tselue" te wachten en te waren volgens Landrecht.
- Van Gellre zal mede zegelen.

f117 - 26 feb 1614 - Coram Richter Warner van Holte.Keurnoten Arent Buijss en Derck van Dongen. In het Gericht zijn verschenen Helmich Derricksen en zijn "echte" huisvrouw Mette Willems, [zij geassisteerd] met haar voorschreven man en momber. Zij verklaarden aldaar in dit Gericht voor hun en hun erfgenamen in een steden vaste erfkoop erfelijk en "vmmermeer" te hebben verkocht, getransporteerd en overgedragen voor een somma van penningen, waarvan zij comparanten "sampt ende besonder" verklaarden de eerste met de laatste penningen "gueder betalinge" [ontvangen te hebben], [aan] Jan Berens, zijn huisvrouw Gerrijtgen Jans en hun erven hun comparantens aanpart, aandeel, recht en gerechtigheid, als zij hebben aan een zeker erf en goed genoemd "Geertgen Cleis Erffe", zowel binnen- als buitendijks, met zijn huisstee, werf, zoals Jan Oostens [deze] nu een tijd lang gebruikt heeft, zuidwaarts de Rijcx Stege, noordwaarts Jan Alberts, strekkende van de Hoge Dijck af aan de 3 morgen van de koper, met zijn raad en onraad, recht en gerechtigheid.- [-] Buijss zal mede zegelen.

Mogelijke zoon?
31-12-1626 Berent Jansen Jan Berents s. tot Haerst en Aeltijn Jans s. Jan Geertsen n.d. tot Harckeloo

bericht 2

[JannyLalkens]
Zwolle 15-03-1607 Geert Berents s. Berent Lamberts n.s. tot Harst ende Griete Lubbers ?. Lubbert Gerridts ?. int Mastebroeck beide woenende tot Harst met Johan Dercks

ZWK deel 603 f143 - 28 mei 1614 - Coram Richter Cornelis van Dongen.
Keurnoten Jan de Goijer en Herman van Dedem.
In het Gericht zijn verschenen Claes Jansen van Genne, [en] zijn huisvrouw Swaenken [-], voorschreven Swane geassisteerd met haar man en momber. Zij verklaarden aldaar in dit Gericht voor hun en hun erfgenamen [eruen] in een steden vaste erfkoop erfelijk en "vmmermeer" te hebben verkocht, getransporteerd en overgedragen, gelijk zij eheluiden alsnog doen zulks in en vermits dezen, voor een somma van penningen, "de se sampt ende besonder bedancken den eersten mitten lesten penninck ter neuge voldaen ende betaelt te zijn" [aan] Geert Lamberts, zijn huisvrouw Geertien [-] en hun erfgenamen [een] zekere katerstede in de buurtschap Haerst gelegen genoemd Derricks Cotterstede, met alzulke actien of pretensies, als Jr. Willem van Broeckhuijsen daar op mag pretenderen en in cas of Broeckhuisen "dit wes op dese cotterstede met rechte verweruen mochte". Dat Cornelis Muijs, burger te Hasselt, als eerste daar voor zal moeten caveren en instaan, die [hem] deze zal moeten wachten en waren zonder last [laste] van deze verkoper. Alles na luid van de aktes ten prothocolle [die] Muijs als eerste verkoper aan zijn koper Jan Geertsen gepasseerd. En "genge" hij verkoper "des alsoe vuijt" volgens erfkooprecht voor al degenen "die des toe rechte comen willen". Zonder argelist.
- Gellre zal mede zegelen.


f252 - 1 nov 1617 - [geen Richter en keurnoten vermeld].
Verklaarde Geert Berentsen, voor hem en zijn erfgenamen van Jan then Sande van deze brief voldaan en betaald te zijn, waarvan deze akte op "het principael testament" en mede ten prothocolle [op]getekend is.
- "Orkont" mij ondergeschreven gezworen gerichtschrijver van het Scholtambt Swolle.
- [Getekend:] Adrijaen van Gellre, 1617.

f253 - 1 nov 1617 - Coram Richter Adriaen van Gellre.
Keurnoten Wichman Wijnter en Arent Arentsen.
Compareerden Gerrijt Heijnck vanwege zijn broer Jan Dercxsen, voor wie hij de rato caveert, en Cornelis Janssen vanwege zijn huisvrouw [niet genoemd], [en] Derck Evertsen vanwege zijn huisvrouw [niet genoemd], als erfgenamen van zaliger Alijt then Sande, hun moeder. Zij verklaarden tesamen en apart voor hun en hun erfgenamen ten enenmale voldaan en betaald te zijn van then Sande de somma van 200 goudguldens en 7 stuivers, zoals de comparanten uit dit testament "p. restie" nog competeerde, "daer dese acte op geteeckent is", zo wel de hoofdsom als de "penzionen" van dien. Bedankende derhalve zij comparanten voorschreven Jan then Sande voor de goede betaling. Zonder argelist.