Re: Dubbel huwelijk 1686 Haerst-Lente (Dalfsen/Heino)
Geplaatst: 10 apr 2020, 22:46
door ria van bessen
Er zijn er 3 .
1e
Zwolle 27-02/22-03-1664 Willem Asjes jg te Diese en Beertjen Willems, Jan Henriks N.W. buiten de Dieserpoorte
Hij is de zoon van Assijn Geerts en Hendrikje Wijnen.
En dat is Herfte.
f264 - 7 sep 1682 - Richter Bernard Holt.
Keurnoten Gerrijt Holt, Doctor, en Henrick Holt.
In het Gericht zijn verschenen Lucas Berens en Bartijn Assijs, tutore marito, eheluiden, Jan Assijs voor hem zelf en als gevolmachtigde (luid procuratie in dato 5 september 1682 voor Pieter Sandra, Scholtus van Wanneperveen gepasseerd) van zijn huisvrouw Klaasjen Eghbers, Beertjen Willems weduwe van Willem Assijs Boumeester, geassisteerd met Gerrijt Holt, gerichtschrijver, en Aaltjen Assijs, tutore eodem, verder Assijn Willems en Berentjen Gerrijts, tutore marito, eheluiden, Cornelis Roeck hopman, in de kwaliteit als provisoor van de Armen Wezen voor Assijn en Trijntjen Wijnen, nagelaten kinderen van Wijne Assijs en Hendrickje Derks, en dan nog zij comparanten alle caverende voor Gerrijt Assijs, tesamen kinderen en erfgenamen van Hendrickjen Wijndels. Zij hebben allen en elk apart [in het bijsonder] voor hun en hun erfgenamen voor een somma van penningen, hun comparanten voldaan en betaald, eeuwig en erfelijk verkocht, gecedeerd en getransporteerd aan Willem Janzen, woonachtig tot Herfte, en zijn erfgenamen hun comparantens gerechte helft van het erve en goed genaamd Wijnen en gelegen in de boerschap Herfte in dit kerspel van Zwolle, waarvan de koper reeds de andere helft toebehoort; zijnde vrij eigenlijk land, onbezwaard met enige uitgaande renten, maar met zijn recht en gerechtigheid, raad en onraad vanouds daartoe behorende. Zonder argelist.
- Gerrijt Holt, gerichtschrijver, zal op verzoek van de comparanten voor al dezen tekenen en zegelen.
2e Willem Assis wonende te Haarst begraven Bergklooster sept 1684
3e
Willem Assiens die jouw voorvader is.
Zwolle 19-4-1684 /11 mei 1684
Willem Asjes jm wonende te Haarst en
Annigjen Warners jd w. aan de barckenbrugge
Zwollerkerspel dl 689
f186 - 9 dec 1696 - Relateerde Gerrijt ten Hope, dat hij uit naam van haar Ed. Mog. Heren ordinaris Gedeputeerden van de provincie van Overijssel verbod had gedaan aan de navolgende meijers van de Heer Rutger van Haarsolte toe den Tautenbergh, alle wonende in het kerspel, als te weten onder Evert de Schutte in het bouwhuis van het huis te Haerst, Assijn Hendriks, Hessel Herms Widanx [?], Gosen Jans, Berent Wighbolts, Gerrit Jansen, Willem Assijs, Jan Lambers, Gerrit Jansen Snijer, [doorgestreept: Jan Lambers] en Peter Roelofs, alle te Haarst, Jan Arens, Jannes Jansen en Jan Willems te Genne, Jochem Claessen, Jacob Hendriks, Jan Jansen, Jan Eghbers Maat, en de weduwe van Lustige [?] Jans met haar schoonzoon te Berkum, om aan hun landheer voornoemd gemelde pachten van welke natuur die ook mochten zijn, uit te tellen, maar alleen aan "des zelfs" rentmeester Gerrijt Wilink "alzoo van haar anders voor geen betalinge en rende verstrikken".
- 4 december 1686 relateerde Gerrijt ten Hope voornoemd, dat hij dit verbod mede had gedaan aan Monsr. Evert veltkamp, gebruiker van 15 morgen land in Mastebroek genaamd Rengers Land.
idem
f553 - [5 feb 1698] - Hendrik Driesman als cessionaris van Willem Assijs, hebbende doen panden Willem Jansen te Herculo voor een somma van 30 Caroli gulden wegens verdiend loon, is de gepandete gecompareerd, en [hij] heeft hiervoor vrijwillig verwin gepasseerd.
Zwollerkerspel dl 690
f493 - [1 juli 1699] - De procurator Wijlinck in de kwaliteit als vore, doet uit kracht van de bovengenoemde cessie en als last hebbende van de verwin hebbende crediteuren panding aan de gerede goederen van Willem Assies te Haerst als pachter van t Brantslach, Jan Lambers te Haerst, Hessel Herms [zij] weduwe te Haerst, Jan Egbers als pachter van t Hoge Lant te Genne, Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Willems te Genne als pachter van 2 morgen Rosschen Lant en Jannes Jansen te Genne, om daaraan te verhalen twee jaren pacht op Martini 1697 en 1698 verschenen, als de voorschreven meijers aan de Heer van Toutenburgh respectievelijk schuldig zijn geworden, onder eis van kosten.
De gepandeten, uitgezonderd Gerrit Jansen Snijder te Haerst, hierop alle gecompareerd zijnde, hebben verklaard, dat zij aan hun verschenen pachten uit verscheidene oorzaken hadden te korten. Zo hebben deze pandingen hun voortgang "erhouden", onder afslag van alle bewijslijke betaling, of hetgeen zij uit enige hoofde bewijslijk aan hun pacht mochten hebben te korten.
En is vervolgens tegen Gerrit Jansen Snijder, als niet zijnde gecompareerd, panding in contumaciam "erhouden".
Zwollerkerspel dl 690
f493 - [1 juli 1699] - De procurator Wijlinck in de kwaliteit als vore, doet uit kracht van de bovengenoemde cessie en als last hebbende van de verwin hebbende crediteuren panding aan de gerede goederen van Willem Assies te Haerst als pachter van t Brantslach, Jan Lambers te Haerst, Hessel Herms [zij] weduwe te Haerst, Jan Egbers als pachter van t Hoge Lant te Genne, gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Willems te Genne als pachter van 2 morgen Rosschen Lant en Jannes Jansen te Genne, om daaraan te verhalen twee jaren pacht op Martini 1697 en 1698 verschenen, als de voorschreven meijers aan de Heer van Toutenburgh respectievelijk schuldig zijn geworden, onder eis van kosten.
De gepandeten, uitgezonderd Gerrit Jansen Snijder te Haerst, hierop alle gecompareerd zijnde, hebben verklaard, dat zij aan hun verschenen pachten uit verscheidene oorzaken hadden te korten. Zo hebben deze pandingen hun voortgang "erhouden", onder afslag van alle bewijslijke betaling, of hetgeen zij uit enige hoofde bewijslijk aan hun pacht mochten hebben te korten.
En is vervolgens tegen Gerrit Jansen Snijder, als niet zijnde gecompareerd, panding in contumaciam "erhouden".
idem
f512 - 8 juli 1699 - In de zaken van opboding van de procurator Wijlinck qqa. tegen Willem Assies, Jan Lambers en Hessel Herms [zijn] weduwe te Haerst, Jan Engbers en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Willems en Jannes Jansen te Genne, als meijers van de Heer van Herxen, is dezen door het Gericht verstaan hetgeen in de andere zaken bij het hiervoor gaande decreet is vervat
idem
f513 - 10 juli 1699 des voormiddags tussen 9 en 10 uren zijn gecompareerd Doctor Verhoef als bediende van de verwinhebbende crediteuren van de Heer van Herxen, etc., en de procurator Wijlinck als geauthoriseerde van deze Provincie, en hebben verklaard, dat zij uit naam van hun principalen appelleerden van het decreet op eergisteren den 8 dezes maand juli door het Ed. Gericht afgegeven in de zaken van hem procurator Wijlinck qqa, tegen Willem Assies, Jan Lambers en Hessel Herms [zij] weduwe te Haerst, Jan Egbers en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Willems en Jannes Jansen te Genne, als meijers van de Heer van Herxen, etc., en zulks hun Ed. HoogAchtb. Burgemeesters, Schepenen en Raden van deze stad Zwolle.
Zwollerkerspel dl 691
f125 - 23 feb 1700 relateerde Gerrit ten Hope, gerichtsdienaar, dat hij op den 23 dito uit naam van de Heer Doctor Verhoef en procurator Wijlink qqa. aan Willem Assies, Jan Lambers, Hessel Herms [zij] weduwe, Gerrit Jansen Snijder, Assien Hendricks en Goossen Jansen te Haerst, Jan Egbers, Jan Willems en Jannes Jansen te Genne, Jochem Claessen, Jacob Hendricks, Harmen Herms en Jan Egbers Maet te Berckum, tesamen meijers van de Heer van Herxen, etc. had verklaard, dat zij in hun kwaliteit renuntieerden en afstand deden van alle zodanige appellen, door hun op 10 juli 1699 "engelecht" over die bij dit Ed. Gericht afgegeven decreten in de zaken van opboding en aaneigening tussen hem procurator Wijlinck qqa. tegen hun voorschreven meijers van de Heer van Herxen; en dat hij aan dezen tegelijk mede gerichtelijk verbod had gedaan, van geen pachtpenningen aan hun landheer te zullen mogen uittellen en daarbij aangezegd, dat zij ten gevolge van die bovengenoemde decreten de penningen, zo zijn tot en met het jaar 1698 wegens verschenen pachten schuldig zijn, ten profijte van de naast daartoe berechtigde in het Gericht zullen hebben te consigneren.
idem
f126 - 27 jan 1700 - Doctor Verhoef qqa. en procurator Wijlinck qqa. hebbende doen panden Willem Assies, Jan Lambers, Hessel Herms [zijn] weduwe en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Egbers, Jan Willems en Jannes Jansen te Genne, als meijers van de Heer van Herxen, voor de pachten van het jaar 1699 op Martini verschenen, idq. cum expensis; zijn deze panding met goedvinden van de pandeisers qqa. 8 dagen in staat uitgesteld.
Zwollerkerspel dl 692
** f275 / 276 - [3 dec 1701] - De erfgenamen van de assaijeur Caspar Linderman de Oude hebbende doen panden voor reeds verschenen en nog te verschijnen pachten Willem Assies, Gerrit Jansen en Geurt Jansen Snijder, als gebruikers van drie katersteden tot Haerst, Jan Jansen als meijer van de katerstede tot Genne, alsmede 6 morgen land in Genner Broeck, Jan Claessen Doorn als meijer van een erve tot Genne, Tops Goet genaemt, Jan Egbers Maet als meijer van het erve en goed den Kakelaer, met de bijliggende katerstede ... [leeg], en 19 scharen tot Berckum, Jan Willemsen als gebruiker van 2 morgen weideland tot Genne, Jan Claessen Doorn als gebruiker van 3 morgen land van de Kromhorster Weijde, Evert Jansen Schutte op Haemals [als] gebruiker van 5 morgen land tot Genne, en Evert Jansen Schutte en Willem Assies als gebruikers van 4 morgen land tot Haerst, alles toebehorende de Heer Rutger van Haersolte toe den Toutenburgh, om daar aan te verhalen 4000 gulden kapitaal met de interest en kosten, volgens sententie en opgevolgde requisitionale brieven van de Verwalter Scholtus van Wijhe; en bij insuffisance van de voorschreven pachten dan nog verzoekende aan panding aan de grond van het voorschreven goed zelf, gelijk mede van 15 morgen weideland in Mastebroeck, door Monsieur Evert Veltcamp gebruikt, aan de Hasseler Dijck gelegen, Rengers Landt genaamd, bovengemelde Heer van Toutenburgh mede toebehorende, en zulks voor zo ver de bovengedachte goederen allodiaal zijn, met verder aanhouden, dat hiervan de wete aan de voorgedachte Heer van Toutenburgh toegezonden mag worden, om te strekken als volgens het recht.
Waarop de gepandete meijers verzocht hebben 14 dagen uitstel, om zulks aan hun landheer te kunnen bekend maken. Zo is hun zulks geaccordeerd.
idem
** f291 - [17 dec 1701] - De zaken van panding van de erfgenamen van wijlen de assaijeur Caspar Linderman de Oude tegen Willem Assies, Geurt Jansen en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Jansen en Jan Claessen Doorn tot Genne, Jan Egbers Maet te Berckum, Jan Willemsen en Evert Jansen Schutte op Haerst, als meijers van de Heer van den Toutenburgh, zijn ad primam post ferias uitgesteld
idem
** f308 / 309 - [7 jan 1702] - De erfgenamen van wijlen de assaijeur Caspar Linderman de Oude hebben voortgang van panding erhouden tegen Willem Assies, Geurt Jansen en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Jansen en Jan Claessen Doorn tot Genne, Jan Egbers Maet te Berckum, Jan Willemsen en Evert Jansen Schutte op Haerst, tesamen als meijers en gebruikers van de landerijen en goederen van Heer Rutger van Haersolte toe den Toutenburgh, en zulks voor zodanige eis, als hier op 3 december 1701 ten prothocolle is [op] getekend, mits dat de termijn van opboding en aaneigening tot heden over drie weken wordt geprolongeerd en uitgesteld.
idem
f325 - 28 jan 1702 - De zaken van de erfgenamen van wijlen de "assaijeur" Casper Linderman de Oude tegen Willem Assies, Geurt Jansen en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Jansen en Jan Claessen Doorn tot Genne, Jan Egbers Maet te Berckum, Jan Willems en Evert Jansen Schutte op Haerst, als meijers van de Heer van Toutenburgh zijn 3 weken in staat uitgesteld.
idem
f350 - 18 feb 1702 - De zaken van de erfgenamen van wijlen de "assaijeur" Casper Linderman de Oude tegen Willem Assies, Geurt Jansen en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Jansen en Jan Claessen Doorn tot Genne, Jan Egbers Maet te Berckum, Jan Willems en Evert Jansen Schutte op Haerst, als meijers van de Heer van Toutenburgh zijn 14 dagen uitgesteld.
idem
f368 - 18 feb 1702 - De zaken van de erfgenamen van wijlen de "assaijeur" Casper Linderman de Oude tegen Willem Assies, Geurt Jansen en Gerrit Jansen Snijder te Haerst, Jan Jansen en Jan Claessen Doorn tot Genne, Jan Egbers Maet te Berckum, Jan Willems en Evert Jansen Schutte op Haerst, als meijers van de Heer van Toutenburgh, en zulks ingevolge voortgegane panding van 7 januari 1702 [-].
Zwollerkerspel dl 693
f284 - 5 okt 1703 - Relateerde Gerrit ten Hope, gerichtsdienaar, dat hij uit naam van Matthies Dop, nomine uxoris, het laatst weduwe van Willem Jannes van Vilsteren, alsmede Joannes van Vilsteren, eens voor drie maal arrest en beslag had gedaan op de reeds verschenen en nog te verschijnen pachten van Jochem Claessen, Jacob Henricks, Hermen Herms, Jan Egbers Maet en Wijcher Albers te Berckum, Berent Wighbelts, Goossen Jansen, Peter Roelofs, Jan Lambers, Willem Assies, Geurt Jansen, Gerrit Jansen Snijder, Hessel Herms [zijn] weduwe, Assien Hendricks, Andries Jansen en Evert Jansen Schutte, alle te Haerst, en Jan Claessen Doorn, Jannes Jansen, Jan Willems en Jan Egbers te Genne, alle tesamen meijers van de Heer van Toutenburgh, en zulks van de erven, goederen en landerijen door hun van welgemelde Heer van Toutenburgh gebruikt wordende; vervolgens mede van de Rennebooms Maete in Haerst, Arnem [(?) - kant] goed, en een renteverschrijving van 616 gulden kapitaal op het Spijck tot Berckum, alsmede van alle andere goederen en landerijen, zoals [die] van welgemelde Heer van den Toutenburgh in dit kerspel van Zwolle mochten zijn gelegen; alsmede bij insuffisance van de gemelde pachten op al de voorschreven goederen of de grond van dien ...
[vervolg op f287:]
zelf, alles voor zo veel deze allodiaal zijn en de Heer Rutger van Haersolte toe den Toutenburgh voornoemd daartoe berechtigd. Met het verzoek, dat hiervan de wete aan welgemelde Heer van den Toutenburgh op zijn tijd mag worden "verveerdight".
idem
f289 / 293 - 3 dec 1701 - Richter Wilhelm Vriesen.
Keurnoten Joan Calencamp, Doctor, en Nicolaus Buis, Doctor.
De erfgenamen van wijlen de "assaijeur" Casper Linderman de oude hebbende doen panden voor reeds verschenen en nog te verschijnen pachten Willem Assies, Geurt Jansen en Gerrijt Jansen Snijder, als gebruikers van drie katerstede te Haarst, Jan Jansen als meijer van de katerstede tot Genne, alsmede 6 morgen land in Genner Broek, Jan Claessen Doorn als meijer van een erve tot Genne, Tops Goed genaamd, Jan Egberts Maat, als meijer van het erve en goed den Kakelaar, met de bijliggende katerstede ... [leeg] en 19 scharen tot Berkum, Jan Willemsen als gebruiker van 2 morgen weideland tot Genne, Jan Claesen Doorn als gebruiker van 3 morgen land van de Cromhorster Weijden, Evert Jansen Schutte op Haerst als gebruiker van 5 morgen land tot Genne, en Evert Jansen Schutte en Willem Assies als gebruikers van 4 morgen land te Haarst, alles toebehorende de Heer Rutger van Haarsolthe toe den Tautenburgh, om daar aan te verhalen 4000 gulden kapitaal met de interest en kosten volgens sententie en opgevolgde requisitoriale brieven van de Verwalter Scholtus van Wijhe, en bij insuffisance van de voorschreven pachten dan nog verzoekende aanpanding aan de grond van het voorschreven goed zelf, gelijk mede van 15 morgen weideland in Mastebroek door Monsieur Evert Veltcamp gebruikt aan de Hasseler Dijck gelegen, Rengers Landt genaamd, bovengemelde Heer van Tautenburgh mede toebehorende, en zulks voor zover de bovengedachte goederen allodiaal zijn, met verder aanhouden, dat hier van de wete aan voorgedachte Heer van Tautenburgh toegezonden mag worden, om te strekken als volgens het recht. Waarop de gepandete meijers verzocht hebbende 14 dagen uitstel, om zulks aan hun landheer te kunnen bekend maken.
Zo is hun zulks geaccordeerd.
50E PENNING
F 12 – Op 22 december 1722 heeft de HWGeb. Heer Rutger Swier van Haarsolte tot Toutenburg bekent gemaakt dat sijn HWGeb door het overlijden van desselfs broeder wijlen de HWGeb. Heer Antonij Adolph van Haarsolte toe Haarst waren aanbestorven naervolgende goederen:
1) Het huis en Havesathe Haarst met annexe stallinge, hof, bogaerd, cingels en regt
van verschriijvinge etc.
2) Een erve daarnaast gelegen, waarvan pagter is Cornelis Roelofs.
3) Een erve Het Blik genaamd bij den Ordel gelegen, waarvan pagter is Teunis Berents.
4) 6 morgen land tot Haarst in Brandsslag, waarvan pagters sijn Willem Assies, Teunis op’t Blik en Gerrit Willems
5) Een katerstede tot Haarst, waarvan pagter is Willem Assies.
nog op nr. 10) Eenige stukken land tot Haarst waarvan pagters sijn Jacob Hendriks, Jochum Klaasen en Willem Assies.
HFG 1723 – Haerst
Willem Assies