Bedankt voor de akte Janny!
Ik twee keer trouwen (Zwolle) dat hierbij hoort:
- 04-10-1609 Gerriet Jansen dienstknecht van Juncker van Middachten int Vresewick bij Deventer ende Beerte Dreesen s. Henderick Volckers n.w. woenende tot Wijttman
- 01-05-1617 Berent Tonissen, Tonis Berentsen s. in't Gagel, ende Mariken Henricks, sa. Henrick Volckers n.d. wonende met Gerit Jansen te Wijtman
De vier nagelaten kinderen worden blijkbaar verdeeld over de oma van moederskant en een zus van vaderskant. Wel vreemd dat Mariken Hendricks niet voorkomt in het testament van Gerrit Hendriks.
Wel in dat testament:
- 08-02-1646 Heijno Gerrijts Gerrijt Heijnen N.S. ende Henrijkin Tonnijs Alef Henrijcksen N.W. beijde op de nijestadt
- 21-07-1644 Alef Henrijcksen Henrijck Assen N.S. ende Henrijckin Tonnijs Tonnijs Arentsen N.D. beijde tot Diese
- 14-10-1622 Tonnies Arents woenende int Hattemerbroeck ende Anna Hendricks n.d. van Henderick Volkers woenende tot Wijtman
Deze Heijno Gerrijts lijkt me geen Breedtgordel. Maar wel de voogd van Marrichien Otten, Heyne Gerrytssen als voogd ten behoeve van de dochter van wijlen Otto Henrix (stift Essen). Heyne Gerritsen Breedtgordel was een zoon van Gerrit Gerrits en Marijtgen Frerijcks. Marrichien Otten dochter van Otto Hendricks en Aeltjen Jansen.
De nakomelingen Egbert Berents van Grael
-
Janny Lalkens
- Berichten: 2730
- Lid geworden op: 10 jan 2006, 00:00
Re: De nakomelingen Egbert Berents van Grael
Die naam Breedtegordel vergeet je maar zo niet, dus die herinner ik me al jaren. Sinds ik in Stift Essen eindelijk vond ( na een tip van iemand) dat Jan Berents een zoon van Marrighjen Otten was, nadat het zoeken naar Jan Berents zijn doopdatum Gerrie B. en mij nooit was gelukt. Daar is in een onderwerp van het afgelopen jaar (?) iets bijgekomen van een geldlening. Aan een Breedtegordel in Schelle of dat die Breedtegordel nu juist de persoon was die geld leende. Van Van Laer?
-
Janny Lalkens
- Berichten: 2730
- Lid geworden op: 10 jan 2006, 00:00
Re: De nakomelingen Egbert Berents van Grael
ORA Zwk. Zwk. boek 604 167 - Copia. [Nog meer over Berend Toenissen.]
28 januari 1630 hebben de "vrenden" van zaliger Berent Toenissen een vriendelijk verdrag gehouden tussen de "bestemoer" [= grootmoeder] en de "vrenden" [= bloedverwanten] van zaliger Berent Toenissen. Dat "Geertin moije" zal genieten voor haar "recompenss" de bruine "meer", en de macht zal hebben om te verkopen tot haar keuze [kuer] en [zij] zal nog een jaar pacht vrij hebben van de Duisteren Merss, te weten wat het in het jaar 1629 gedaan heeft vooruit, en zal "Geertin moije" nog genieten een koe uit de stal, tot haar keuze [kuer] te laten, weer dat [het] haar belieft te houden of te verkopen. "Noch is beijde vrenden bescheiden, dat "Geertin moije" zal genieten een stuk doek en ettelijk vlas tot haar wil, en daarmee zal de "bestemoer" niet meer genieten uit dat erfhuis, "anss" dat haar tot haar lijfdracht behoort. En dan zal de Duisteren Merss gemeenschappelijk zijn "voer" de drie kinderen, na de dood van de "bestemoer", de bestemoeder [= grootmoeder] zal de penningen genieten tot haar leven, en dan zullen de drie kinderen dat tesamen delen, en nog "soe" zal de "bestemoer" met geen schuld te doen hebben "et wess" wat in het erfhuis "mochte comen". De drie erfgenamen, te weten de zaliger [sullijge] kinderen van Berent Toenissen, en de erfgenamen van [doorgestreept: zaliger] van Albert in t Clooster, en de erfgenamen van zaliger Claes op den Oort, te weten "dat sindt" de drie erfgenamen van die personen. En nog heeft de "bestemoer" tot haar keuze [kuer] als zij niet leven kan, [dan] zal het haar vrijstaan op den Duisteren Merss geld "op te lichten, offt het een tiet voer noot weer dat de bestemoer niet leven en konde, sal haer dat vrijstaen, so veele anss het lijen konde".
- Dit is met hand en merk ondertekend.
- Onder stond: deze nebeschreven merkenen handen:
- dit is Gerrijt /\ Stuijvenbelt [Stuiuenbelt] zijn merk, dat hij met zijn eigen hand heeft getekend,
- dit is Albert van de Clooster o_|_ zijn merk,
- dit is Willem Henrickss /| zijn merk, dat hij met zijn eigen
hand heeft getekend, |
- dit is Jan Toenissen o+ zijn merk, dat hij met zijn eigen hand
heeft getekend, __
- dit is Jan op de Hoge Beke [Hoge Leke] /\ zijn merk, dat hij
met zijn eigen hand heeft getekend,
- Jan Berentss verklaart als een "vrendt",
- dit is Toenijss ___\ Arentz zijn merk, dat hij met zijn eigen
hand heeft \ heeft getekend,
- dit is Gerrit ten Berchhuijs /|/ zijn merk, dat hij met zijn
eigen hand heeft ondertekend /|/
- Gerart van Dongen,
- Willem Janss zijn merk, dat hij /\ met zijn eigen hand heeft
heeft ondertekend, /\
- Engbert Willemss als getuige,
Aldus geschreven en ten prothocolle [op] getekend op verzoek van de contrahenten, als conform het origineel van dezen als voorschreven.
Actum 8 januari 1630 ut supra.
Per modu copie.
- M. J. Steenkerck, gerichtschrijver, not. publicq.
- Zwoll, 8 januari 1630.
[Kantlijn hierbij op f167:] Exhibite 8 jan 1630.
Deze akte hoort bij die van febr. 1630, die hiervoor al staat.
De bruine meer, is dat een merrie paard?
Hamel of Hammel: waar is dat? Kampereiland of zit ik dan helemaal fout?
De Duisteren Mers, dat is een gebied met Marsgronden? Nat, drassig? Maar waar ligt dit?
Ik heb gekeken in Verponding 1630, daar ontbreekt Voorst Westenholte of: ik heb het in mijn kopie niet zitten. Bij Herfte zag ik de namen in deze akte genoemd niet. De Hoge Beke: is dat richting Wijhe, Herxen?
28 januari 1630 hebben de "vrenden" van zaliger Berent Toenissen een vriendelijk verdrag gehouden tussen de "bestemoer" [= grootmoeder] en de "vrenden" [= bloedverwanten] van zaliger Berent Toenissen. Dat "Geertin moije" zal genieten voor haar "recompenss" de bruine "meer", en de macht zal hebben om te verkopen tot haar keuze [kuer] en [zij] zal nog een jaar pacht vrij hebben van de Duisteren Merss, te weten wat het in het jaar 1629 gedaan heeft vooruit, en zal "Geertin moije" nog genieten een koe uit de stal, tot haar keuze [kuer] te laten, weer dat [het] haar belieft te houden of te verkopen. "Noch is beijde vrenden bescheiden, dat "Geertin moije" zal genieten een stuk doek en ettelijk vlas tot haar wil, en daarmee zal de "bestemoer" niet meer genieten uit dat erfhuis, "anss" dat haar tot haar lijfdracht behoort. En dan zal de Duisteren Merss gemeenschappelijk zijn "voer" de drie kinderen, na de dood van de "bestemoer", de bestemoeder [= grootmoeder] zal de penningen genieten tot haar leven, en dan zullen de drie kinderen dat tesamen delen, en nog "soe" zal de "bestemoer" met geen schuld te doen hebben "et wess" wat in het erfhuis "mochte comen". De drie erfgenamen, te weten de zaliger [sullijge] kinderen van Berent Toenissen, en de erfgenamen van [doorgestreept: zaliger] van Albert in t Clooster, en de erfgenamen van zaliger Claes op den Oort, te weten "dat sindt" de drie erfgenamen van die personen. En nog heeft de "bestemoer" tot haar keuze [kuer] als zij niet leven kan, [dan] zal het haar vrijstaan op den Duisteren Merss geld "op te lichten, offt het een tiet voer noot weer dat de bestemoer niet leven en konde, sal haer dat vrijstaen, so veele anss het lijen konde".
- Dit is met hand en merk ondertekend.
- Onder stond: deze nebeschreven merkenen handen:
- dit is Gerrijt /\ Stuijvenbelt [Stuiuenbelt] zijn merk, dat hij met zijn eigen hand heeft getekend,
- dit is Albert van de Clooster o_|_ zijn merk,
- dit is Willem Henrickss /| zijn merk, dat hij met zijn eigen
hand heeft getekend, |
- dit is Jan Toenissen o+ zijn merk, dat hij met zijn eigen hand
heeft getekend, __
- dit is Jan op de Hoge Beke [Hoge Leke] /\ zijn merk, dat hij
met zijn eigen hand heeft getekend,
- Jan Berentss verklaart als een "vrendt",
- dit is Toenijss ___\ Arentz zijn merk, dat hij met zijn eigen
hand heeft \ heeft getekend,
- dit is Gerrit ten Berchhuijs /|/ zijn merk, dat hij met zijn
eigen hand heeft ondertekend /|/
- Gerart van Dongen,
- Willem Janss zijn merk, dat hij /\ met zijn eigen hand heeft
heeft ondertekend, /\
- Engbert Willemss als getuige,
Aldus geschreven en ten prothocolle [op] getekend op verzoek van de contrahenten, als conform het origineel van dezen als voorschreven.
Actum 8 januari 1630 ut supra.
Per modu copie.
- M. J. Steenkerck, gerichtschrijver, not. publicq.
- Zwoll, 8 januari 1630.
[Kantlijn hierbij op f167:] Exhibite 8 jan 1630.
Deze akte hoort bij die van febr. 1630, die hiervoor al staat.
De bruine meer, is dat een merrie paard?
Hamel of Hammel: waar is dat? Kampereiland of zit ik dan helemaal fout?
De Duisteren Mers, dat is een gebied met Marsgronden? Nat, drassig? Maar waar ligt dit?
Ik heb gekeken in Verponding 1630, daar ontbreekt Voorst Westenholte of: ik heb het in mijn kopie niet zitten. Bij Herfte zag ik de namen in deze akte genoemd niet. De Hoge Beke: is dat richting Wijhe, Herxen?
-
Janny Lalkens
- Berichten: 2730
- Lid geworden op: 10 jan 2006, 00:00
Re: De nakomelingen Egbert Berents van Grael
Op den Oort doet aan Westenholte denken. In 't Clooster: Windesheim? Duisteren Mars: Duistersteeg in Diese. Ook in Assendorp een Duistere steeg? Daar was wel sprake van een marsheerder/herder. En dan had je nog de Stadsmars.
Re: De nakomelingen Egbert Berents van Grael
Waar het in de akte om draait is het Gagel. Waar Hendrick Berents woonde, en z'n vrouw vandaan kwam.
Ik wist niet precies waar het Gagel was en heb het nagezocht. Te vinden op minuutplan MIN04062G04. Het lijkt me meer een soort van landgoed dan een buurtschap. En vandaag de dag is het, als ik de kaarten goed naast elkaar gelegd heb, een golfbaan.
Zoals ik de akte lees, wordt er afgesproken dat Geertin moije op haar plek mag blijven wonen. Die plek zal dan in 't Gagel zijn. Het lijkt erop dat ze drie reeds overleden kinderen heeft. Of alleen zoon Berent, die in 't Gagel woonde. Waarschijnlijk op de plek van oma Geertin. Die kinderen zijn dan:
- Berent Tonissen (x Mariken Henrick)
- Hilleken Toenissen (x Albert Gerritzen alias Albert in 't Klooster)
- nn Tonissen (x Claes Arents alias Claes op den Oort)
Maar wat ik vooral zo vreemd vind, is dat er zoveel handtekeningen staan onder deze akte. Omdat er veel geld mee gemoeid was, en versnipperd eigendom? Ze worden wel allemaal "vrenden" genoemd.
Bij die handtekeningen staat o.a. Toenijss Arentz. Zus van Mariken Henrick, Anna Hendricks was x (1622) Tonnijs Arentsen.
Maar misschien wordt het nu teveel een apart lijntje. En is het beter dit stuk te reserveren voor een nieuw topic in het nieuwe jaar. Op één of ander manier draait het om ene Henrick Volckersen, overleden voor 4 okt 1609
Ik wist niet precies waar het Gagel was en heb het nagezocht. Te vinden op minuutplan MIN04062G04. Het lijkt me meer een soort van landgoed dan een buurtschap. En vandaag de dag is het, als ik de kaarten goed naast elkaar gelegd heb, een golfbaan.
Zoals ik de akte lees, wordt er afgesproken dat Geertin moije op haar plek mag blijven wonen. Die plek zal dan in 't Gagel zijn. Het lijkt erop dat ze drie reeds overleden kinderen heeft. Of alleen zoon Berent, die in 't Gagel woonde. Waarschijnlijk op de plek van oma Geertin. Die kinderen zijn dan:
- Berent Tonissen (x Mariken Henrick)
- Hilleken Toenissen (x Albert Gerritzen alias Albert in 't Klooster)
- nn Tonissen (x Claes Arents alias Claes op den Oort)
Maar wat ik vooral zo vreemd vind, is dat er zoveel handtekeningen staan onder deze akte. Omdat er veel geld mee gemoeid was, en versnipperd eigendom? Ze worden wel allemaal "vrenden" genoemd.
Bij die handtekeningen staat o.a. Toenijss Arentz. Zus van Mariken Henrick, Anna Hendricks was x (1622) Tonnijs Arentsen.
Maar misschien wordt het nu teveel een apart lijntje. En is het beter dit stuk te reserveren voor een nieuw topic in het nieuwe jaar. Op één of ander manier draait het om ene Henrick Volckersen, overleden voor 4 okt 1609
Re: De nakomelingen Egbert Berents van Grael
Er is al heel veel bij elkaar verzameld over de nakomelingen van Egbert Berents van Grael. Dank voor alle bijdragen!
Waar echter nog steeds geen duidelijkheid over is, is of Geesje, Gerrit en Berent, kinderen van ene Frerik Gerrits uit de Diese bij de van Grael's horen.
Dopen is niet teruggevonden. Ze moeten rond 1650 geboren zijn. En dat brengt mij op de volgende vraag. Er zijn geen trouwinschrijvingen van rond 1650 in Zwolle bewaard gebleven. Maar is het ook mogelijk dat vader Frerik Gerrits rond die tijd trouwde als weduwnaar, en er mogelijk een voogdijakte is?
Kandidaat is die Frerik Gerrits, die met Wilmtien uit Zalk trouwde. Hun dochter Jannighjen verkoopt in 1693 een stuk grond in Zalk. Dat zal ze via de moeder hebben geërfd, dus los van half-broers of zussen.
Ik krijg de indruk dat Ria al naar voogdijaktes zoekt in Zwolle met een vader Frerik Gerrits. Maar waarschijnlijk niets gevonden heeft. (Behalve dan een andere Frerik Gerrits, die hoort niet in dit verhaal thuis hoort, maar waarmee ze wel een ander blij mee kon maken
)
Blijft dus dat de meest aannemelijke vader Frerik Gerrits degene is die Swaentien Berents van Grael trouwde, maar dat het zeer onzeker is of dat wel klopt. Er is zijn andere aanwijzing te vinden dan dat hij een Frerik Gerrits in de Diese is, getrouwd met Swaentien, zoals ook zowel een dochter van Gerrit als van Berent heet. Meer aanknopingspunten hebben we nog niet gevonden.
Waar echter nog steeds geen duidelijkheid over is, is of Geesje, Gerrit en Berent, kinderen van ene Frerik Gerrits uit de Diese bij de van Grael's horen.
Dopen is niet teruggevonden. Ze moeten rond 1650 geboren zijn. En dat brengt mij op de volgende vraag. Er zijn geen trouwinschrijvingen van rond 1650 in Zwolle bewaard gebleven. Maar is het ook mogelijk dat vader Frerik Gerrits rond die tijd trouwde als weduwnaar, en er mogelijk een voogdijakte is?
Kandidaat is die Frerik Gerrits, die met Wilmtien uit Zalk trouwde. Hun dochter Jannighjen verkoopt in 1693 een stuk grond in Zalk. Dat zal ze via de moeder hebben geërfd, dus los van half-broers of zussen.
Ik krijg de indruk dat Ria al naar voogdijaktes zoekt in Zwolle met een vader Frerik Gerrits. Maar waarschijnlijk niets gevonden heeft. (Behalve dan een andere Frerik Gerrits, die hoort niet in dit verhaal thuis hoort, maar waarmee ze wel een ander blij mee kon maken
)Blijft dus dat de meest aannemelijke vader Frerik Gerrits degene is die Swaentien Berents van Grael trouwde, maar dat het zeer onzeker is of dat wel klopt. Er is zijn andere aanwijzing te vinden dan dat hij een Frerik Gerrits in de Diese is, getrouwd met Swaentien, zoals ook zowel een dochter van Gerrit als van Berent heet. Meer aanknopingspunten hebben we nog niet gevonden.
Re: De nakomelingen Egbert Berents van Grael
Ondertussen ben ik er achter wie mede-erfgenaam Klaes Henrix is: Claes Hendriks Schutte. Toen zijn moeder Aeltijn Assies, weduwe van wijlen Henrik Schutte tot Haerst, voogden aanwees, werd Jan Assies, Weertmeister tot Herculo, oom van de moeders zijde gevraagd.Egbert_ schreef: ↑16 dec 2019, 15:02In de akte over de verdeling van Graels erve worden diverse (mede-)erfgenamen genoemd. (ORA Zwollerkerspel nr. 609B f362, 13 juni 1674)
...
mede-erfgenamen van Assien van Grael:
- Klaes Henrix = waarschijnlijk zoon van Aeltijn Assies (x 1636 Henrick Willem), kleinzoon van Assien van Grael
- Assien Hansen = zoon van Swaentien Assiens (x 1629 Hans Gerrits), kleinzoon van Assien van Grael
- Assien Jansen = zoon van Jan Asjes (x 1632 Wilmtien Gerrits Bosch) en kleinzoon van Assien van Grael
https://www.historischcentrumoverijssel ... 04#p139065
De weertmeester van Herculo komt in een enkele andere akte voor:
- 22 dec 1660: Adolph Berents neef en dienstknecht van de weertmeester Jan Asjes, wonende te Herkeloo, doet belijdenis
- 04-09-1664 Willem Hendricks, soon van Hendrick Willemsen Kerck-Meister tot Dalfsen en Anna Janssen Buss, dochter van Jan Asjes van Gralen, weertmr. tot Herculoe
Jan Asjes van Gralen, weertmeester tot Herculoe, is de zoon van Assien van Grael, zus van Aeltijn Assies
