Forum Collectie Overijssel

Odette, hier is de aantekening van die dispensatie. Ik heb hem zojuist gevonden:

Boek 819 van Windesheim, blz. 309:

Onderaan: Ao 1690 28 sept. Hermen Hendriks van den bijvangk Wedr. en Webbigie Assies van Haerst beijde tot Ittersum hebbende in houwelijk genomen sijns Overleden vrouws night, tgeen van de Scholtis van Swol is toegestaen.

En die Hendrick Everts in jouw laatst genoemde akte is dan weer die Hendrick Everts Snel, neem ik aan. Die hebben we bekeken in het onderwerp Snel te Dalfsen. Hij is naar Diese getrouwd vanwege zijn vrouw daar, als ik het goed heb.

Van Wibbe Assies denk ik, dat ze al in de huishouding van haar tante Swaantje Berents in Ittersum een handje of 2 handjes meehielp. Mogelijk voor de dood van tante al wel. Ziekte?

Gezocht in Stift Essen, buurschap Dieze
0197.1 Ambtman van het Stift Essen
2.473.
Het sestepart van Assies Wintersgoet toe Diese in de vryheyt van Zwolle gelegen. In 1717: "1/6 part in Assyn Wintersgoed, nu genaamt Goltsmitscamp, welke resterende 5/6 parten toebehoren de heer Adriaan Sloot toe Westerborgh ...".

Afgespleten van nr. 472.
(ix:6v) Lubbert Frerix, mede voor zijn vrouw Aeltien Janssen, na opdracht door Jorrien Goyer en zijn vrouw Jannechien Hulsebusch
Datering: 1676 nov 3
(xi:120v) Marrichjen Lubberts na de dood van haar vader Lubbert Freriks onder hulderschap van haar man Jan Fransen
Datering: 1717 mei 29


0197.1 Ambtman van het Stift Essen
2.497. Stadsgericht Zwolle / buurschap Dieze
Eenen camp landes, groot ongeveer drie mudden geseys, gehoorende onder 't weyde- ende saeylandt toe Diese, gelegen in de vryheyt van Zwolle. In 1681: "... aldernaest 't Binnengasthuis to Zwolle ter eenre ende de gemene wegh ter andere syden".
(ix:40) Arent Frerix na opdracht door dr. Theodorus Huete, oud-burgemeester van Zwolle en rentmeester van Windesheim, en diens broer Otto Huete
Datering: 1681 aug 3
(xi:1v) Harmen Lubberts, mede voor de weduwe en erfgenamen van wijlen Arent Freriks
Datering: 1703 okt 22
(xi:126v) Derck Veltwyck, mede voor Jan, Jacob, Egbert en Albert Arents, en hun zusters Jannechien, Swaantien en Geessien Arents, gelijk daarmee in 1703 Harmen Lubberts werd beleend
Datering: 1717 sep 18
(xi:139v) Derck Veltwik, Jan Arents en Willem Hendriks verkrijgen goedkeuring van de openbare verkoping van het goed op 23 november 1717 aan Berent Hilberts
Datering: 1717 dec 23


0197.1 Ambtman van het Stift Essen
2.477. Stadsgericht Zwolle / buurschap Dieze
Den beyden erven ende gueden gehyeten dat eene de Holtingswaer ende dat ander Buytmansguedt, met allen olden ende nyen, hoegen ende legen tobehoeren, nyet daervan in 't cleyne noch groete uuytbescheyden, soe als oeck de beyden erven voerscr. gelegen syn to Deeze in de vryheyt van Swolle. In 1595: "erve ende goedt, geleghen in der stadtvryheidt van Swolle, in der buirschap Diese, daer nou ter tyt Arendt Buitman voer meyerman up woent"; 1600: "... genoempt Buitmansguedt ..."; 1604: "... saelighe Herman van Welvelden guedt ...".
Hieruit afgespleten de nrs. 478 en 479.
(vi:42) Otto Hendricksen na opdracht door burgemeester Derrick Nykerck als voogd en hulder van de kinderen van wijlen licentiaat Bartholomeus Lantinck
Datering: 1627 mei 28
(vi:47) Marriken Vrericks, eerder weduwe van Gerryt Gerrytsen, met burgemeester Arendt Buys als haar voogd, verklaart dat het goed eertrijds door haar en haar man was aangekocht, maar dat de laatste kooppenningen door haar en haar tegenwoordige echtgenoot Otto Hendricks werden betaald, waarom zij begeert dat het goed aleen aan haar en haar tegenwoordige echtgenoot zal toebehoren, zonder recht daarop van haar voorkinderen bij wijlen Gerryt Gerrytsen
Datering: 1628 mrt 19
0197.1 Ambtman van het Stift Essen
2.478. Stadsgericht Zwolle / buurschap Dieze
d' Helfte van 't erve Buytmansgoet to Diese in de vryheyt van Zwolle gelegen. In 1717: "... waarvan de wederhelfte de edele Everard Vos toecomt".
(viii:67) Heyne Gerrytssen als voogd ten behoeve van de dochter van wijlen Otto Henrix
Datering: 1664 jan 21
(ix:59) Marrichien Otten, vrouw van Berent Frericx, met de ledige hand onder hulderschap van Wilhelm Soevensteern, gelijk in 1664 daarmee Heyne Gerrytssen ten behoeve van haar was beleend; tevens verkrijgt zij goedkeuring van haar testamentaire bepalingen
Datering: 1682 nov 30
(xi:123v) Jan Berents na de dood van zijn moeder Marrichien Otten
Datering: 1717 aug 21
(xiii:256) Egbertus Vos de Wael, na opdracht door Jan Berents en zijn vrouw Hermtien Peters
Datering: 1738 sep 21

Het gezin van Lubbert Frericks is moeilijk te volgen. Mogelijk hoort dit erbij (trouwboek Zwolle):
- 07-04-1696 Herman Lubberts j.m. en Aaltje Klasen j.d. in Salne op t' Gagel, Getuijgen: Willem Pothof, en Jan Egberts, vrou van Herman Wolters, en Jan Egberts
- 15-12-1705 Jan Fransen j.m. en Marigjen Lubbers wed. Getuijgen Albert Fransen des bruidegoms broer en des bruijds mans suster, De vrouw heeft erfuijtinge gedaan
Het lijkt erop of Jan Fransen een zoon is van Frans en Wolbers Annetje Albers (03-08-1684). Dat zou dan neef en nicht zijn.
Dopen zijn terug te vinden in Zwolle van Jan (1675), Jacob (1680), Egbert (1683) en Albert Arents (1687), en hun zusters Jannechien (1673), Swaantien (1678) en Geessien Arents (1685), kinderen van Arent Fredriks en Hermtie Jacobs

Het bezit van Berent Frericx kwam uit de familie van zijn vrouw, Marrichien Otten
Ook hier geen aanknopingspunten, het lijkt er steeds meer op dat er 2x Frerick Gerrits was.

Onderhand weet ik nu niet meer wat én waar naar gezocht wordt.

Het is ondoenlijk om alle van Grael na te lopen, dat wordt als los zand - al die gegevens - geeft geen overzicht.
En wat is het doel eigenlijk?
Bewijs dat Swaantje Berents de dochter is van Berent van Grael?

De bedoeling is vooral om de ouders van Gerrit, Berent en Geesje te vinden. Omdat nog steeds niet duidelijk is of ze bij de van Grael's horen.

Door met name het gezin van Swaentie Berends van Grael goed in kaart te brengen zou je ook negatief bewijs kunnen vinden: onwaarschijnlijk dat ze erbij horen. Tenminste, dat beeld krijg ik een beetje. Tot nu toe zie ik alleen maar iets terug over haar zoons Lubbert en Arent. En is waarschijnlijk een zoon van Lubbert, Harmen Lubberts, voor de weduwe en erfgenamen van wijlen Arent Freriks. Dat zal zijn oom zijn, die wijlen Arent Freriks

Verder ben ik erg nieuwsgierig waarom AdL Berent en Geesje een moeder Swaentien Berents heeft toebedacht. En dan ook nog wel degene die weduwe was van Lubbert Jansen.

690. Berent Fredrix, geb. omstr. 1650, tr. Zwolle 19 sept. 1681
691. Merretjen Otten, geb. omstr. 1650.

1380. Frerick Gerrits, geb. omstr. 1612, tr. Zwolle 20 febr. 1638
1381. Swaentien Berents, tr. 1e Zwolle 26 april 1636 Lubbert Jansen, geb. omstr. 1612, † vóór jan. 1638, zn. van Jan Berents.

Is het inmiddels bewezen, dat de Swaentien Berents die AdL beschrijft bij nr. 1381 een van Grael is? (Los van het feit of ze in deze kwartierstaat thuis hoort?) Elders meldde je, dat daar discussie over was met AdL. Kun je daar iets meer over melden: voors en tegens?

Voor het overige, voor de meelezers, is het mogelijk prettig om, als je iets zoekt over de van Grael's dat dat bij elkaar staat in één topic. Zelf ben ik bijvoorbeeld nieuwsgierig waar ik Hendrik Arents, de eerst man van Hendrina Jans op de Nieuwe Wetering moet plaatsen. Zijn ouders zijn: 06-02-1666 Arent Hendrix j.g. Ruiter onder de prins van Portugall, en Lijsbeth Geerlighs j.d. uit ‘t Gagell.

Maar voor dit moment dus de vraag: wie horen er bij Swaentien Berents van Grael.

Dit topic is inmiddels al verzandt, mijn inziens dan.

Maar om je vraag te beantwoorden.

Er is in ieder geval nog een zoon Frerik van ene Gerrit Freriks.

Zwolle erfuitingen f676 dd.03-09-1632
Hebben Gerrit Coops en Willem Teunissen de momberschap aangenomen over zal. Gerrit Frericks nagelaten kind genaamd Frerick, en hebben beloofd des kinds beste te doen. Borgermr. Hermen van Dedem.

Want Gerrit de vader van Frerik Gerrits x Swane Berents leeft nog volgens het ORA Zw'lkerspel 1641 waarin dat Bittersland wordt verkocht.

bericht 2

De bezittingen van Frerik Gerrits en Swaantje Berents van Graal.

Zwolle transport f89 dd.24-05-1651
Bekende Jr. Warner Ulger, de rato voor zijn huisvrouw caverende, om een welbetaalde somme penningen verkocht te hebben aan Frerick Gerris en zijn huisvrouw en erfgen. een akker land op de Ooster Enck in Diese tussen Gerrit van Delden en Herman Camerlinck gelegen, wezende tiendplichtig, anders vrij eigenlijk goed, en buiten bezwaar van onraad en uitgaande renten.
Schepen Johan van Haersolthe.
[onderschrift:]
2 gl. 10 st. p. 50 p. solv. an fr. holt.

Zwolle transport f283 dd.20-06-1653
Gecompareerd de EE. Lucas Vriesen Camener en Jacobus Vriesen Secretarius als volmachtigers van Jr. Johan Doijs getrouwd aan Jffr. Elisabeth Urrij, en bekenden om een welbetaalde somme penningen verkocht te hebben aan Frerick Gerris en Swaentghen Berens zijn huisvrouw en hun erfgenamen, ten eerste 6 akkers land op de Ooster-Enck in Diese gelegen, strekkende met de ene einde aan een gemene weg en met de andere aan verscheiden akkeren, item een akker met den ene einde aan de voors. 6 akkeren schietende, tussen de wed. van z. Br. Crouse en Gerrit van Delden gelegen, item een akker op de Dorre-Mage tussen de heer van Vuiren en Jr. Glauwe, item een akker mede aldaar tussen Conraet Versevelt en Jan Rolofs opde Nistadt en nog een akker met den enen einde aan Courhuis weg en de andere aan Gerrit Berens en consorten strekkende, tezamen thijntplichtig en met een vierendeel waer onraad belast, anders vrij van uitgang en buiten bezwaar van thinsen en renten.
Schepen Derck Nikercke.

Zwolle transport f370 dd.17-06-1654
Bekenden Hendrick Berens en Remmelt Willems voor hun huisvrouwen caverende, voorts Wendele Willems wed: van Jan Aertghen tutore Remmelt, om een welbetaalde somme penningen verkocht te hebben aan Frerick Gerris toe Diese en zijn huisvrouw en erfgen. een akker land op de Wester-Enck in Diese tussen Hendrick Evers Snel en verkoperen gelegen, wezende vrij van dijken en dammen en alle uitgaande renten.
Schepen Wilhelmus Greve.
[onderschrift:]
Solvit 50 p. an Dr. Brakel als in D. 1653 verkocht.

idem f378 dd.19-08-1654
Bekenden Jan Hendrix, Sise Hendrix, voorts Remmelt Willems getrouwd aan Egberghen Hendrix voor Evert Derx de rato caverende, kinderen van Hendrick Claessen en Petertgen Egbers, voor hen en mede uit naam van hun moeder voorn., verkocht te hebben om een welbetaalde somme penningen aan Frerick Gerris en Swaentgen Berens zijn huisvrouw en hun erfgen. een camp landes groot ongeveer 4 mergen, de Hoeck-camp genaamd, in Dieser-marckt tussen Jr. van Camont en D'Averike Steghe gelegen, strekkende voor van de Luttike Steghe tot aan het land van de Drost van Sallant, wezende kommervrij.
Schepen Wilhelmus Greve.
[onderschrift:]
D.24 Jan:1653 verkocht en aan Willem van Brakel Dr. 50 p. bet.

idem f379 dd.19-08-1654
Bekende Frerick Gerris, voor zijn huisvrouw Swaentgen Berens de rato caverende, om een welbetaalde somme penningen verkocht te hebben aan Petertgen Egbers wed. van Hendrick Claessen en haar erfgen., 2 mergen land bij Sellen Wade, in Dieser Marckt, Jan Geerlichs ter ene en Essens modo Delden Lant ter andere zijde gelegen, wezende kommervrij.
Schepen Wilhelmus Greve.
[onderschrift:]
D.24 Jan: 1653 verkocht.


transport RA001-031 f55 dd.29-05-1658
Bekenden Alert Hendrixen Snel en Swaantghe Gelmers zijn huisvrouw om een welbetaalde somme penningen verkocht te hebben aan Frerick Gerris en Swaantghe Berens zijn huisvrouw en hun erfgen. een rente van 22 kgl. 10 st. jaarlijks uit 2 akkers land opt Wester-Enck voor Holtenbrouck, aan wederzijden Vandrich Hend: Schimmelpenninck geland zijnde, wezende deze de eerste rente daaruit gaande en losbaar met 450 kgl.
Schepen Rob: vand. Beecke.
[kantlijn:]
1670 d.24 Jan. door de wed. Rhees eigenaarse afgelost en de gecancelleerde brief in dorso gequiteerd vertoond.
Vidi Joannes Buis Secret.

O.a. is verkocht en gecedeerd aan Frerick Gerris en Swaentghen Berens van Grael zijn huisvrouw en hun erfgenamen, een mudde gezaai in den Hogencamp tussen Vandrich Joan Keiser en een gemene wech in Diese gelegen, wezende thentvrij, alsmede van thinsen en uitgaande renten, allenig bezwaard met 1/3 part in een halve waer onraad met gemelde Joan Keiser gemeen.
Schepen ut supra.
------
Nog bekenden gemelde comparanten om een welbetaalde somme penningen verkocht en gecedeerd te hebben aan Frerick Gerris en Swaentghen Berens van Grael zijn huisvrouw en hun erfgenamen, een mudde gezaai in den Hogencamp tussen Vandrich Joan Keiser en een gemene wech in Diese gelegen, wezende thentvrij, alsmede van thinsen en uitgaande renten, allenig bezwaard met 1/3 part in een halve waer onraad met gemelde Joan Keiser gemeen.
Schepen ut supra.
volgens f671-f672-f673-f674-f675-f676 dd.13-05-1664

ria van bessen schreef: ↑

17 dec 2019, 21:10

bericht 2

O.a. is verkocht en gecedeerd aan Frerick Gerris en Swaentghen Berens van Grael zijn huisvrouw en hun erfgenamen, een mudde gezaai in den Hogencamp tussen Vandrich Joan Keiser en een gemene wech in Diese gelegen, wezende thentvrij, alsmede van thinsen en uitgaande renten, allenig bezwaard met 1/3 part in een halve waer onraad met gemelde Joan Keiser gemeen.
Schepen ut supra.
------
Nog bekenden gemelde comparanten om een welbetaalde somme penningen verkocht en gecedeerd te hebben aan Frerick Gerris en Swaentghen Berens van Grael zijn huisvrouw en hun erfgenamen, een mudde gezaai in den Hogencamp tussen Vandrich Joan Keiser en een gemene wech in Diese gelegen, wezende thentvrij, alsmede van thinsen en uitgaande renten, allenig bezwaard met 1/3 part in een halve waer onraad met gemelde Joan Keiser gemeen.
Schepen ut supra.
volgens f671-f672-f673-f674-f675-f676 dd.13-05-1664

Goedemorgen Ria en allen. Dankjewel! Bingo.

Egbert_ schreef: ↑

17 dec 2019, 18:16

(...)
- 15-12-1705 Jan Fransen j.m. en Marigjen Lubbers wed. Getuijgen Albert Fransen des bruidegoms broer en des bruijds mans suster, De vrouw heeft erfuijtinge gedaan
Het lijkt erop of Jan Fransen een zoon is van Frans en Wolbers Annetje Albers (03-08-1684). Dat zou dan neef en nicht zijn.
Dopen zijn terug te vinden in Zwolle van Jan (1675), Jacob (1680), Egbert (1683) en Albert Arents (1687), en hun zusters Jannechien (1673), Swaantien (1678) en Geessien Arents (1685), kinderen van Arent Fredriks en Hermtie Jacobs

Inderdaad, neef/nicht.

Marrichjen was eerst getrouwd met Evert Willems
31 mei 1698 : Evert Willems wed: en Margjen Lubberts j.d. SG sijn swager en Neef H Get de moeder Hij moet erfuitinge doen.
Bronnen: https://www.vpnd.nl/bronnen/ov/zwolle/z ... 7-1701.pdf

Erfuiting
13 mei 1698 : Momberen over de kinderen van Elsien Jansz zall Berent Jansz en Jan Roeloffs. ... Evert Willems in praesentie van voorsch momberen aan zijne minderjarige kinderen met namen Jan en Geertien Everts, van wijlen zijne huisvrouw Elsjen Jansz nagehouden erfuitinge gedaan, en aan deselve voor moeders goet bewezen een derde part in een katerstede de Reuvecamp gent. in Diese gelegen, mitsgaders de klederen van linnen & wulle, voorts silver en gout, tot des moeders lijf gehoort hebbende en dan nog een boek met zilveren krappen (...) daer en boven voor uitzettinge aan den zoon zal geven een paart waardig ten minste 50 daeld: & aen het dochtertien een bedde met zijn toebehoren (...) etc.
Bronnen: https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... &cat=32188

Vervolgens trouwt Marrigje met Jan Fransen
15 december 1705 : Jan Fransen j.m. en Marigjen Lubbers wed. Getuijgen Albert Fransen des bruidegoms broer en des bruijds mans suster De vrouw heeft erfuijtinge gedaan
Bronnen: https://www.vpnd.nl/bronnen/ov/zwolle/z ... 1-1706.pdf

Erfuiting
27 november 1705 : Momberen over de vier kinderen van Evert Willems Derk Veltwijk en Harmen Roelofs. Ao. 1705 op 27 Novemb. Erscheenen Marrechien Lubberts met haar bruidegom Jan Fransen geassisteert en heeft, ter praesentie van de voorsch. momberen, aan ieder van voorsch. kinderen voor vaders goed bewezen een summa van drie honderd en vijftig gls., zodanig, dat bij versterf van een of meer van der zelve kinderen, de overledene 350 gls. voor de eene helft op de moeder, de erfuitersche in dezen, en voor de andere helft van 't eene kind op het ander zullen vererven en versterven, belovende daar enboven de kinderen in kost en klederen te onderhouden, lezen en schrijven en 't meisje naayen te laten leeren (...) specialijk verbindende een derde-part en dan nog een vierde-part in een andere derde-part van een katerstede, gelegen in Dieze, genaamd de Reuvekamp, zoo haar van wijlen haar man Evert Willems heeft toebehoort, Lubbert Freriks ter eenre en 't ..land van vrouw Miltenberg ter andere zijde. En dewijl de voorsch. gedeeltes op heden mede aan Jan Everts .. als in 't boek van hypotheek op heden te zien is, is tusschen des selfs momberen .. hier voorgemelde geconvenieert dat de ene voor de andere daar op geen voorregt zal hebben maar gehouden worden of die beide acten op een en hetzelfde moment gepasseert zijn. Actum Coram Schepen Assing.
Bronnen: https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... &cat=32188

En het ziet er naar uit dat de (stief)zoon Jan Everts trouwde met het zusje van Marrigje
11 november 1709: Jan Eevers j.m. en Geesien Lubbers j.d.s:g: sijn stiefvaeder en haer suster

De vernoemingen kloppen perfect

Evert Jans 1710
Aaltje Jans 1712
Elsje Jans 1714
Evert Jans 1716
Lubbert Jans 1718
Aaltjen Jans 1721
Evert Jans 1722
Wilhem Jans 1723

Tenslotte worden allen genoemd in het testament van Jan Veltwijk

17 januari 1733 : Testament - Zwolle
Erschenen Jan Veltwijck, wel siek te bedde leggende, dog bij blijkenden goede verstande, ende over desselfs na te latene goederen willende disponeren, so verclaarde hij uit bijsondere affectie tot sijne eenige en universeele Erffgenamen te hebben genomineert ende geinstitueerd .. ... kragt deses, de drie kinderen van sijnen broeder Derck Veltwijck, voors de drie kinderen van wijlen Geesjen Lubbers getrouwt geweest aan Jan Evers en wijders de acht kinderen van wijlen Marrichjen Lubbers soo bij Evert Willems als Jan Evers in echte verwekt, ten einde om onder hen veertienenof so veel als sijn testateurs sterfdag sullen komen te beleven, sijne alsinge nalatenschap, hoofd voor hoofd en in gelijke portien, te delen en te profiteren ende te genieten, prelegaterende dan nog aan sijn neefje Frans Jansen bij wijlen Marrichje Lubbers en Jan Fransen echtelijk geproceerd vijftig carl.gls. eens. Voorts legateerde testator aan sijn broeder Derck Veltwijck al t linnen en wullen tot sijn lijff gehoorende en vijftrig carl.gls. eens alsmede aan de diaconaire armen deser stad gelijk vijftig guld. eens. etc.
Bronnen: https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... &cat=28384

Waar staat Jan Evers moet staan Jan Fransen denk ik.

Ik vermoed dat de vrouw van Lubbert Frericks, de moeder van Marrigjen en Geesjen Lubberts, Aaltje Jansen geheten, een meisje Veltwijk was.

Allen dus nakomelingen van Swaantje Berents van Grael en Frerick Gerrits.

Een kind van Derk Veltwijck, Frederick geheten, kwamen we ook al tegen in de andere, 'Rutger Willems, Hermen Gerrits' draad, deze Frederik was getrouwd met een dochter van Gerrit Frericks en Hermpje Herms. Swaentje. Ik denk toch echt wel dat Berent, Gerrit en Geesjen kinderen waren van Frerick Gerrits en Swaantje Berents van Grael. Het is één clan. Nu nog bewijs.

Egbert_ schreef: ↑

17 dec 2019, 18:16

Afgespleten van nr. 472.
(ix:6v) Lubbert Frerix, mede voor zijn vrouw Aeltien Janssen, na opdracht door Jorrien Goyer en zijn vrouw Jannechien Hulsebusch
Datering: 1676 nov 3
(xi:120v) Marrichjen Lubberts na de dood van haar vader Lubbert Freriks onder hulderschap van haar man Jan Fransen
Datering: 1717 mei 29


0197.1 Ambtman van het Stift Essen
2.497. Stadsgericht Zwolle / buurschap Dieze
Eenen camp landes, groot ongeveer drie mudden geseys, gehoorende onder 't weyde- ende saeylandt toe Diese, gelegen in de vryheyt van Zwolle. In 1681: "... aldernaest 't Binnengasthuis to Zwolle ter eenre ende de gemene wegh ter andere syden".
(ix:40) Arent Frerix na opdracht door dr. Theodorus Huete, oud-burgemeester van Zwolle en rentmeester van Windesheim, en diens broer Otto Huete
Datering: 1681 aug 3
(xi:1v) Harmen Lubberts, mede voor de weduwe en erfgenamen van wijlen Arent Freriks
Datering: 1703 okt 22

Harmen Lubberts was een zoon van Lubbert Frericks uit zijn eerste huwelijk:

Gehuwd 10 augustus 1662 Zwolle, met Marrichjen Hermens en hun kinderen
Herman Lubberts 1663
Swaantien Lubberts
Dirckien Lubberts 1667
Aaltien Lubberts 1668

Gehuwd 8 maart 1670 Zwolle, met Aeltien Jansen en hun kinderen
Marrichje Lubberts †/1733
Derck Lubberts 1672
Grietien Lubberts 1677
Aaltien Lubberts 1680
Geesje Lubberts 1683-/1733
Jan Lubberts 1686
Aaltje Lubberts 1689
Peetertje Lubberts 1692
Grietje Lubberts 1693

En van de zus van Aeltien Jansen heb ik een testament gevonden

3 maart 1689 : (samenvatting) Testator Jan Boisman noemt zijn zoon Jannes uit een eerder huwelijk en zijn huisvrouwe Petertien Jansen. Testatrice noemt haar man en haar broers en zusters Evert Jansen van Langenholte, Hendrick Jansen, Aaltien Jansen huisvrouwe van Lubbert Frericks, Klaassien Jansen huisvrouwe van Hendrick Jansen te Wytmen, Derk Jansen, Hendrick Jansen Backer en Lijze Jansen.
Bronnen: https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... &cat=28384

De erfuiting van het eerste huwelijk van Lubbert, samengevat:
februari 1670 : Mombers over Marrike Herms kinders Arent Frerix en Berent Henrix. (...) Lubbert Frerixen (...) drie kinders met namen Herman, Swaantje en Derckie, (...) een acker lants opde Wester-Enck in Diese achter Frerick Hessels hoff gelege, int ... en an yeder kint hondert kgl. , etc.
Bronnen: https://www.familysearch.org/ark:/61903 ... &cat=32188

hier de volledige erfuiting

Zwolle f434-f435 dd.11-02-1670
Momberen over Marriken Herms kinderen: Arent Frerix en Berent Hendrix.
Lubbert Frerixen heeft aan zijn drie kinderen Herman, Swaantje en Derckje, voor moeders goed bewezen een akker land op de Wester-Enck in Diese, achter Frerick Hessels Hoff gelegen, int gemeen en aan ieder kind 100 kgl. en aan de zoon het de... of een goed vullen [veulen], en ieder dochter een bedde met toebehoor, zullende als de kinderen 15 jaar oud zijn tot hun profijt gaan, en tot daaraan toe bij erfuiter in alle lijfs nooddruft van kost en kleren onderhouden worden en lezen, schrijven, ambacht en naaien leren, alles onder verband van zijn persoon en goederen, en zal alles bij versterf van het ene op de andere kinderen vererven.
Schepen Gisb. van Dedem en Rich. van Rhijn.


Zwolle erfuitingen f493 dd.29-07-1671
Momberen over zall. Otto Martens kind: Otto Jans en Lubbert Frerix.
Jennegien Jansen wed. van wijlen Otto Martens heeft aan haar zoon Jan Otten erfuiting gedaan en voor vaders goed bewezen 1000 car.gl. met een bedde en toebehoor, en geeft aan haar zoon een uitzet als hij komt te trouwen, belovende de zoon in kost, kleren en alle lijves nooddruft te onderhouden tot hij 18 jaren oud zal zijn en dan de 1000 gl. uit te keren of de rente daarvan jaarlijks te betalen, stellende daarvoor als onderpand al haar goederen.
Schepen Wilhelm Tobias.