
De richtlijnen werden tijdens een buurtbijeenkomst in mei 1953 herzien. Door de buurtgenoten werd besloten om de begrafenissen voortaan door de Nieuwe Zwolse Begrafenisvereniging te laten verzorgen. De kosten voor een lijkkoets, vijf volgwagens en 10 dragers werden berekend op 200 gulden. Een begrafenis van kinderen onder de vijf jaar kostte 100 gulden. De financiële bijdrage van de buurtgenoten bedroeg respectievelijk 1 of 2 gulden. Er waren in de jaren vijftig van de twintigste eeuw ongeveer 45 gezinnen lid van het begrafenisfonds. Het betrof ondermeer de families Ruitenberg, Aalberts, Bredewoud, Kamphuis en van Olst.
een laatste aanpassing van de richtlijnen vond plaats op 17 oktober 1963. Het fonds had zich aangesloten bij de Monuta Stichting en de contributie was opgelopen tot 2,50 per persoon van 18 jaar en ouder. De stoelen en tafeltjes, te gebruiken in het sterfhuis, werden beschikbaar gesteld door het CJMV te Schelle.
Het schriftje van het begrafenisfonds en enkele bijbehorende losse stukken werden bewaard door het hoofd der CVO-school te Schelle, laatstelijk J. Oelen. De heer Oelen heeft in september 2017 het archiefje geschonken aan het Historisch Centrum Overijssel. Het archiefje loopt over de jaren 1940-1981, kent een omvang van 0,12 m1 en is openbaar.