Deze week zetten we de bevrijding van Deventer en Zwolle in de schijnwerpers! In de aanloop naar de bevrijding van deze steden, op 10 en 14 april, delen we dagboekfragmenten, ‘live’-updates en bijzondere verhalen van de gevechten, het verzet en de grote moed van de geallieerden en de lokale bevolking.
Het is 8 april, 1945. Nederland is al bijna 5 jaar bezet door de nazi-Duitsland. Maar de bevrijding is in zicht; de Canadese troepen zijn de Rijn over en komen met volle vaart richting het noorden, om ook hier de Nederlandse burgers te bevrijden. Ze weten het nu nog niet, maar over een week zullen ook de Zwollenaren bevrijd zijn.
De Zwolse Petronella Johanna Maazen-Wepster schrijft over deze dagen in haar dagboek:
“6 april. t’ Front komt nader en nader. Vandaag en ook vannacht als maar artillerie gedonder. Overal ontploffingen; aan alle kanten vliegen bruggen de lucht in en worden spoorlijnen opgeblazen. Je schrikt je telkens ongansk. De luchtmacht opereert den heelen dag hier in ‘t rond en valt van alles aan. Dat je begrijpt wat een roerigheid er in de lucht is. Coevorden, Den Ham, Almelo, Zutfen alles rondom ons is bevrijd. In Deventer wordt gevochten, je kunt begrijpen, hoe we naar de bevrijding snakken. In Zwolle weer mannen gefusilleerd.
7 april. Alles als boven; hetzelfde liedje van 6 april. De nacht van 7 op 8 april erg rustig, in tegenstelling met de vorige nachten.
8 april. T’ geschud weer hard aan de gang.”
De Canadese troepen, die over een week Zwolle zullen bevrijden, staan nu bij Deventer. Ze bereiden daar hun aanval op de stad voor…
De Canadezen zijn nog steeds bezig om Deventer te bevrijden. De stad wordt met flink wat Duitse soldaten verdedigd. En dat is niet het enige dat tegenzit; troepen van het Canadian Scottish Regiment zitten vast in wat op de kaart een bos leek, maar wat in werkelijkheid meer een moeras is. Via een andere route komen ze nogmaals onder vuur. Hier komt de 12th Field Regiment Royal Canadian Artillery hen te hulp vanaf een afstand.
De tegenstander is fanatiek, maar niet sterk genoeg tegenover de geallieerde troepen. Er worden door de troepen van het Canadian Scottish Regiment 5 krijgsgevangenen genomen.
In Zwolle komt ook nieuws binnen. Jan Willem Boersema schrijft in zijn dagboek dat het nu ook in Zwolle bekend is dat Zutphen is bevrijd. Ook Holten is bereikt. Hij hoort ook dat de Duitse troepen bruggen opblazen, om zo een snelle voortgang van de geallieerden te voorkomen.
Maar de dag is nog niet voorbij. Het Regina Riffle Regiment schrijft: “2200. Een groot aantal vijanden kwam over het kanaal en gaf zich over. Het totaal bedraagt 35. Het is moeilijk te begrijpen, aangezien ze tot nu toe zeer actief in de verdediging zijn geweest. De meesten zeggen dat ons artillerievuur de reden was, omdat ze niets anders hadden dan wapens en niet erg regelmatig aten.”*
*Dit is een vertaalde tekst. Het origineel vind je op: https://map.project44.ca/
De dag is pas net begonnen als de compagnieën van het Canadian Scottish Regiment een aanval starten. Met de dekking van de donkere nacht vallen ze vanuit het westen Deventer aan. Ze nemen met veel gemak grote gebieden in van de Duitse troepen. Het Canadian Scottish Regiment schrijft zelfs het volgende in het logboek: “Het gemak waarmee het doel van het bataljon werd ingenomen, maakte de commandant uiterst achterdochtig over de bedoelingen van de vijand.”*
De Canadezen trekken Deventer verder in. Tegen half negen ’s ochtends richten de Canadese soldaten een commandopost op in Deventer. Een Deventerse schrijft in haar dagboek: “10 april. Vanmorgen omstreeks half tien zijn er weer een stuk of 7 tanks langs gegaan. Ze hebben hier voor ’t huis nog stil gestaan. En laat nou een Canadees tegen me gewuifd hebben. Hij lachte ook nog. Hij vroeg waar de moffen gebleven waren. Er stond al heel spoedig een troep mensen om heen.”
Hoewel de schrijfster geen antwoord kon geven op de vraag waar de “moffen” (benaming voor Duitse bezetters, red.) zaten, kan het verzet dat wel. De Canadezen hadden Deventer al zo goed als onder controle. In de avond hebben ze samen met het – in hun woorden, goed georganiseerde – verzet nog de laatste paar vijandelijke elementen uitgeruimd; Deventer is bevrijd!
*Dit is een vertaalde tekst. Het origineel vind je op: https://map.project44.ca/
Het gevecht van de geallieerden blijft hoorbaar in Zwolle. In zijn dagboek, schrijft J.W. Boersema over gering kanongebulder vanuit het midden, zuidoosten en – voor het eerst – nu ook het oosten van Zwolle.
Deze progressie naar het noorden blijkt ook uit de Canadese rapporten. Een aantal van de regimenten wordt verteld dat ze verder naar het noorden moeten. Dit vinden zij jammer, omdat ze hadden gehoopt om een dagje rust te pakken met de Deventenaren hen zo hartelijk hadden ontvangen.
Het Canadian Scottish Regiment schrijft in hun logboek: “Het zou onmogelijk zijn geweest om de stad Deventer zo succesvol in te nemen en te behouden zonder de geweldige medewerking van de Nederlandse Ondergrondse Beweging (de N.B.S.). Er was een voortdurende stroom van Duitse krijgsgevangenen en burgergevangenen die naar de commandopost werden gebracht, voor verzending naar het krijgsgevangenenverblijf. Het is onmogelijk om het enthousiasme waarmee de mensen van Deventer het bataljon verwelkomden volledig te beschrijven. Geen enkel lid van het bataljon kon op straat stoppen zonder een kudde mannen, vrouwen en kinderen om zich heen te hebben, die vroegen om chocola en sigaretten als inleiding op elk ander gesprek dat ze te bieden hadden.”*
Later op de dag merken de Zwollenaren wat voor een grote impact deze winst van de geallieerden had. J.W. Boersema schrijft op 11 april: “Aanvulling, de aanvallen die de jabo’s (Duitse jachtbommenwerper, red.) s’ morgens met bommen en boordwapens (vuurwapen aan boord van een vliegtuig, red.) deden, waren niet in het gebied van Zwolle, maar bij Windesheim. Colonnes terugtrekkende Duitse troepen werden daar van hun auto’s beroofd en moesten zodoende te voet verder. De overgebleven bagage rustte op.. handwagens. Zo trok het leger via Hasselt weg naar de noordelijke provincies.”
*Dit is een vertaalde tekst. Het origineel vind je op: https://map.project44.ca/
De Canadezen trekken naar het noorden. Ten oosten is Ommen al bevrijd. Er zijn zelfs al troepen in het zuiden van Friesland en dichter bij huis staan ze aan de grenzen bij Olst.
Voor de Duitse soldaten in Nederland wordt de vluchtroute naar Duitsland steeds kleiner en onwaarschijnlijker. Toch zijn er ook op deze dag Duitse soldaten gevlucht. J.W. Boersema schrijft hierover in zijn dagboek:
“De Duitsers staken ‘s morgens de grote loodsen van de vulcaan in brand. Deze loodsen branden ’s avonds nog.” Dit is niet de eerste keer. Eerder deze maand, op 7 april, zijn er ook al loodsen met inhoud en al verlaten door wegtrekkende Duitse soldaten.
De dag begint veelbelovend. De 9th Canadian Infantry Brigade schrijft: “Om 0830 uur vanochtend kwamen twee leden van het verzet uit Zwolle naar dit hoofdkwartier nadat ze de vijandelijke stellingen gedurende de nacht waren gepasseerd. Ze gaven veel waardevolle informatie door over de vijandelijke verdediging in de omgeving van Zwolle, dus werden ze onmiddellijk doorgestuurd naar het hoofdkwartier van de divisie.”*
De Canadese troepen staan al zo dichtbij als Wijthmen. Ze bereiden zich voor om de volgende dag Zwolle binnen te vallen en te bevrijden.
De Duitse soldaten zien de aanval op Zwolle waarschijnlijk ook aankomen. Wijhe is bevrijd zonder grote moeite, bij Olst zal het ook niet lang meer duren en in het noorden zijn ze zelfs al bijna in de stad Groningen. “’s Morgens colonnes Duitse auto’s en wielrijders naar Zwolle en Kampen,” schrijft J.W. Boersema. “’s Middags bliezen de Duitsers diverse inrichtingen van het stationsemplacement op. In de nacht van 12 op 13 april is de Berkumerbrug opgeblazen.” Net als de dag ervoor, vluchten nog meer Duitse soldaten voor het naderende Canadese leger.
Die zijn inderdaad dichtbij, want in de nacht van 13 op 14 april zullen Leo Major en Corporaal Wilfrid Arsenault op patrouille gaan in Zwolle. Arsenault zal echter al snel door de vijand onder vuur worden genomen, waardoor Leo Major alleen verder moet…
*Dit is een vertaalde tekst. Het origineel vind je op: https://map.project44.ca/
“0900. Soldaat Leo Major keert terug van patrouille met informatie dat de vijand Zwolle aan het verlaten is.”* Dit is het eerste bericht van het Regiment de la Chaudière op 14 april 1945. Als direct resultaat van deze patrouille geeft de bevelvoerend officier de compagnieën de opdracht de stad te bezetten.
Het 13th Field Regiment Royal Canadian Artillery staat op een afstand van Zwolle, klaar om de artillerie af te vuren om de troepen in de stad te helpen. Er werd in de eerste instantie verwacht dat Zwolle juist goed beschermd zou worden door de Duitse troepen, omdat dit op de route lag voor vluchtende soldaten vanuit het zuiden. Dit is echter niet het geval. Veel van de Duitse soldaten hebben de stad al verlaten, en de soldaten die nog overblijven worden al snel overweldigd door de Canadese troepen. Ook Earl Olmsted (zie foto) komt de stad in om uiteindelijk het bericht naar het hoofdcommando te sturen: “Zwolle is bevrijd”. Inmiddels krioelt het in de stad van de Canadese soldaten die op de schouders worden gedragen, Nederlandse vlaggen en oranje banners.
J.W. Boersema schrijft: “De dag der bevrijding. Zaterdag 14 april 1945. […] Tegen half twee ‘s middags begonnen de klokken te luiden. Nu was Zwolle officieel bevrijd. Overal in de stad werden de vlaggen uitgestoken en in de stad was zoveel volk dat je wel over de hoofden kon lopen. […] In de stad was het een gezellige bende, wagens met muziek, tanks met juichende kinderen er op, Duitse auto’s die buitgemaakt waren, muziek enz.”
Het is een waar feest. Ondergedoken mensen komen langzaamaan uit hun schuilplaatsen en ook volgt er op de Bevrijdingsdag een arrestatiegolf van personen waarvan men wist – of vermoedde – dat zij gecollaboreerd hebben met de bezetter. Boersema schrijft hierover:
“De “ondergrondse” strijdkracht (nu genoemd NBS, Nederlandse Binnenlandse Strijdkracht) begonnen de stad te zuiveren van Duitse soldaten, Rijksduitsers, N.S.B.’ers, moffenmeiden, S.D. agenten, enz. enz.”
Het Nederlandse verzet was een grote hulp voor de geallieerden. Zo hebben ze de posities van Duitse soldaten doorgegeven en zelfs krijgsgevangenen aan de Canadese troepen overgedragen.
Voordat de Canadese soldaten weer verder moesten trekken om ook het noorden van Nederland te bevrijden, merkte het Canadian Scottish Regiment nog op: “De voortgang door Zwolle werd niet gehinderd door puin, want deze prachtige stad was vrijwel onbeschadigd door de oorlog.”*
*Dit is een vertaalde tekst. Het origineel vind je op: https://map.project44.ca/