Archieven

de oppervlakte- en onderwater radarwaarneming op korte afstand.

0:02:55Het vliegdekschip is met het geleide wapen fregat en natuurlijk de twee verkenners verantwoordelijk voor het onderscheppen van HF (korte golf) communicatie en van lange afstandsradar van schepen en vliegtuigen.

0:03:13De commanderende inlichtingenofficier heeft besloten dat sommige schepen wat betreft de radar de X-band en andere schepen de S-band volgen.

0:03:23Ook heeft hij opdracht gegeven dat bepaalde schepen bepaalde communicatiebanden moeten volgen.

0:03:33Op deze manier wordt zo goed mogelijk gebruik gemaakt van de beschikbare middelen.

0:03:41Deze opzet staat op alle schepen op het EW mededelingenbord in het EW (Elektronische Oorlogsvoering) bureau.

0:03:53In de eerste kolom staat voor het gemak het "spot number". Bijvoorbeeld 36S is de gebruikelijke afkorting voor de X-band van onderzeeërs.

0:04:04Er staat diverse apparatuur ter beschikking.

0:04:13Bijvoorbeeld de BF40 en de soortgelijk BF41 ontvanger bestrijken samen de banden van VLF (ultralange golf) tot HF (korte golf). Zij worden gebruikt voor het onderscheppen van stemgeluid en versleutelde boodschappen. Zij geven geen informatie over de positie van de vijand.

0:04:30De QR en de QS geven informatie uit de ultra korte golf banden, maar niet over de positie van de vijand.

0:04:41Informatie over de positie van de vijand wordt wel gegeven door de FH4. Dat apparaat werkt in de HF band, voor zowel stemgeluid als versleutelde boodschappen en kan de zender peilen.

0:04:51De VO3 wordt gebruikt voor S-, C- en X-band radar en kan de radarzenders peilen.

0:05:02Nog meer kan worden gedaan aan boord van schepen die zijn uitgerust met VH8 en VH9, die in de S en de X radarbanden werken.

0:05:11Zij zoeken hun band af en als ze een vijandelijke radar onderschept hebben, stellen ze de afstand en de frequentie vast.

0:05:32Vervolgens

gestoorde radar. Stel dat die van het type 965 is. Volgens een code lijst wordt dit als Victor gerapporteerd.

0:04:19Ten tweede wordt met een kleurcode gerapporteerd hoe ernstig de storing is. Blauw betekent dat het hele scherm gestoord is. Als er wel echo's door de storing heen te zien zijn, wordt dat als roze gerapporteerd. Rood betekent dat er alleen een sector gestoord is. Als er daar doorheen nog echo's te zien zijn, wordt dat met amber aangeduid. Als er geen sprake is van storing, maar toch om een rapport wordt gevraagd, is de kleurcode groen.

0:05:44Ten derde: de richting van de storing, bijvoorbeeld 345 graden.

0:06:03De informatie heeft dus de vorm: Gadget Victor, Amber, Spoke, 345.

0:06:09Daar wordt door het uitzendende schip nog een viercijferig nummer (uit een aan dat schip toegekend blok) aan toegevoegd, bijvoorbeeld 4320.

0:07:01Aan boord van het ECWS schip worden de ontvangen gegevens ingetekend in een grafiek van richting versus tijd door de BRB plotter (BRB = Bearing Record Board). Bij elk waarnemingspunt wordt de codeletter van de gestoorde radar en de code van het waarnemende schip geschreven. Ook wordt de viercijferige code erbij geschreven.

0:07:49Het ECWS schip bevestigt daarna de ontvangst.

0:08:12De waarnemers op de andere schepen hebben de berichten gehoord. Voor zover de stoorzenders nog niet door de andere waarnemers is opgemerkt, schakelen ze over naar de juiste frequentie.

0:08:32Ook een ander schip van het smaldeel heeft een stoorzender opgemerkt en meldt dit aan het EWCS schip.

0:08:57De vraag is of het dezelfde stoorzender betreft. Dit wordt beoordeeld door een marineman die naast de BRB plotter zit. Hij zet de gegevens van beide schepen in een "spaak grafiek" en krijgt zo een ruwe schatting van de afstand tot de stoorzender. Omdat het resultaat redelijk lijkt, wordt geconcludeerd dat het inderdaad dezelfde stoorzender betreft en krijgt deze de viercijferige

behuizing.

0:03:04De antenne bevat een rij dipolen.

0:03:17Er is een polarisatiefilter ingebouwd om regenrecho's te onderdrukken.

0:03:25Dit filter kan met een knop worden ingesteld op lineaire of circulaire polarisatie.

0:03:33In de serie uitvoering kan dit op afstand worden bediend.

0:03:38De antenne draait rond met 1 omwenteling per minuut.

0:03:48De locatie van de antenne en de ontvanger van de volgradar wordt aan de hand van een model getoond.

0:03:59De X-band zender levert vermogen aan de antenne van zowel de rondzoekradar als de volgradar. In de rondzoek mode gaat het hele vermogen naar de de rondzoekradar. In een andere mode wordt het vermogen gelijk verdeeld.

0:04:17Deze kast bevat ook de ontvanger van de rondzoekradar.

0:04:23En deze kast bevat de MTI (Moving Target Indicator)

0:04:43De regeleenheid bevat onder andere het PPI (Plan Position Indicator) beeldscherm.

0:04:52Op het beeldscherm staan de volgende markers en cursors:

-een joystick marker, die op elke positie gezet kan worden en gebruikt wordt om doelen voor de volgradar aan te geven.

0:05:06-een cursor die de hoekpositie van de volgradar aangeeft. Deze cursor is zichtbaar als er een doel gevolgd wordt.

0:05:22-een cursor die de hoekpositie van de periscoop aangeeft.

0:05:32-een marker die de elevatie van de volgradar aangeeft.

0:05:39-een cirkel met instelbare straal voor het autoalarm. Als dat is ingeschakeld, geven alle doelen buiten de cirkel alarm.

0:05:54-een autoalarm cursor geeft doelen aan die een autoalarm veroorzaken.

0:05:59Er zijn nu beelden van een vliegtuig te zien.

0:06:17Als voorbeeld wordt de rondzoekradar op een bereik van 15 kilometer ingesteld. Door het inschakelen van MTI worden veel valse echo's onderdrukt. Af en toe zijn langs rijdende auto's te zien.

0:06:54Er is ruis veroorzaakt door pulsen met dezelfde frequentie