Archieven

In 1942, op zesjarige leeftijd, duikt de joodse slagerszoon Loukie Israëls samen met zijn drie jaar oudere broer Nico voor het eerst onder de jongens wonen in Zwolle . Zijn vader is dan al weggevoerd en in het concentratiekamp Mauthausen vermoord, zijn moeder wordt later opgepakt en komt in Auschwitz om het leven. Eerst verblijft Loukie samen met zijn broer op verschillende onderduikadressen, later worden ze uit elkaar gehaald. Tot twee keer toe worden de broers opgepakt, maar weten steeds door hulp van anderen, vaak naamloze vrouwen, te ontkomen. Ook de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam, de verzamelplaats voor joden die op transport moesten, is voor hen niet het begin van het einde. Beiden overleven ze de oorlog. De herinneringen van Loukie Israëls liggen aan dit boek ten grondslag. Het speelt zowel in het verleden als in het heden, als Israëls terugkijkt op zijn onderduikperiode en probeert te achterhalen wat er precies is gebeurd. Door deze compositie en de directe, onopgesmukte stijl is het een bijzonder mooi boek geworden. Met zwartwitfoto's.\nB. Freriks